vonnis
Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/727345 / KG ZA 22-1081 EAM/LO
Vonnis in kort geding van 23 januari 2023
in de zaak van
[eiseres] ,
wonende te [woonplaats] ,
eiseres bij dagvaarding op verkorte termijn van 29 december 2022,
advocaat mr. J.W. Versteeg te Amsterdam,
tegen
[gedaagde] ,
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
advocaat mr. A. Kijl te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] worden genoemd.
Voor de aanvang daarvan op 4 januari 2023 is de mondelinge behandeling van deze zaak verplaatst naar 9 januari 2023. Op de mondelinge behandeling van 9 januari 2023 heeft [eiseres] de vorderingen zoals omschreven in de dagvaarding en de akte vermeerdering van eis toegelicht. [gedaagde] heeft verweer gevoerd. Beide partijen hebben producties en een pleitnota ingediend.
Ter zitting waren aanwezig: [eiseres] met mr. Versteeg en mr. M. Teunissen, en [gedaagde] met mr. Kijl.
Vonnis is bepaald op vandaag.
2.1. [eiseres] is de weduwe van een bekende volkszanger, en moeder van [naam zoon] , eveneens zanger. [naam zoon] heeft enige tijd in een kliniek in Spanje verbleven in verband met verslavingsproblematiek.
2.2. [gedaagde] presenteert op haar Instagram- en YouTube-account roddels over bekende Nederlanders. Ze krijgt daarvoor tips van (anonieme) bronnen, die zij ‘spionnen’ noemt. Zij heeft honderdduizenden volgers en abonnees.
2.3.Op 20 november 2022 heeft [gedaagde] een video geplaatst op haar YouTube-account, waarin zij een persoonlijke brief toont en voorleest van [naam zoon] aan een ex-vriendin. [gedaagde] heeft die brief per post ontvangen van een onbekende afzender.
2.4.Op 24 november 2022 heeft [gedaagde] een nieuwe video geplaatst op haar YouTube-kanaal, die zij heeft aangekondigd op haar Instagram-account, met de titel “[naam zoon] breekt definitief met moeder [eiseres]”. In deze video zegt zij van een ‘spion’ te hebben vernomen dat [eiseres] degene is die de brief van [naam zoon] aan haar heeft gestuurd, dat [naam zoon] daarom definitief met zijn moeder heeft gebroken, dat [eiseres] in haar eigen belang heeft ingegrepen in de behandeling van haar zoon in een kliniek in Spanje, dat [eiseres] zeer narcistisch en manipulatief is, dat zij controle over haar zoon wil houden en dat hij voor altijd in haar macht is. Verder zegt [gedaagde] in de video dat zij hoopt dat [naam zoon] echt heeft gebroken met zijn moeder, omdat zij knettergek is en dat beter voor hem zou zijn. Zij roept haar volgers op om te reageren op die stelling.
2.5.Het bericht van [gedaagde] is in de dagen daarna overgenomen door andere media, zoals De Telegraaf, Cosmopolitan, Party en Privé.
2.6.Op 25 november 2022 heeft [eiseres] [gedaagde] gesommeerd de video van 24 november 2022 te verwijderen.
2.7.Op 26 november 2022 heeft [gedaagde] laten weten de video niet te zullen verwijderen. [eiseres] heeft daarop een kort geding aangekondigd, en [gedaagde] heeft vervolgens op 29 november 2022 de video verwijderd, met daarbij de tekst: “Zoals jullie allemaal weten heb ik het nog nooit verkeerd gehad betreft de juice rondom de familie [familienaam] …maar soms…is er een ander belang dat groter is dan je gelijk halen…”.
2.8.Op 27 december 2022 heeft [gedaagde] de video weer online gezet met onder meer de volgende tekst: “Na een aantal weken kan ik niet anders dan concluderen dat ik wederom gelijk heb en dat er, sinds ik de brief heb ontvangen, geen enkel contact is tussen [naam zoon] en zijn moeder. We hebben de waarheid zelf kunnen aanschouwen en ik zal me daarom ook niet laten intimideren.”
2.9. [eiseres] heeft [gedaagde] diezelfde dag gesommeerd de video te verwijderen en [gedaagde] heeft laten weten dat niet te zullen doen.
2.10.Nadat [eiseres] [gedaagde] heeft gedagvaard voor dit kort geding, is [gedaagde] op haar Instagram- en YouTube-accounts een crowdfunding gestart met daarbij de tekst “Ga samen met mij de strijd aan in de rechtszaak tegen de gecremeerde kroket! Doneer via mijn website!” en “Help mij in de rechtszaak tegen [eiseres] . Doneer!”.
[eiseres] vordert – samengevat en na vermeerdering van eis – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
Primair:
I. [gedaagde] te veroordelen de video te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom;
II. [gedaagde] te veroordelen de term ‘gecremeerde kroket’ als verwijzing naar [eiseres] te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom;
III. [gedaagde] te bevelen een rectificatie te plaatsen op haar Instagram-account, op straffe van een dwangsom;
IV. [gedaagde] te bevelen een rectificatie te plaatsen op haar YouTube-account genaamd [naam account] , op straffe van een dwangsom;
Subsidiair:
V. [gedaagde] te veroordelen de titel van haar video te verwijderen dan wel aan te passen zodanig dat niet langer wordt gesteld dat [naam zoon] zou hebben gebroken met [eiseres] , op straffe van een dwangsom;
Primair en subsidiair:
VI. [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.2. [gedaagde] voert verweer.
3.3.Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4.1.Toewijzing van de vorderingen zou betekenen dat het grondrecht van [gedaagde] op vrijheid van meningsuiting, zoals bepaald in artikel 10 lid 1 van het EVRM, wordt beperkt. Zoals lid 2 van artikel 10 EVRM bepaalt brengt de vrijheid van meningsuiting bepaalde plichten en verantwoordelijkheden mee, en kan deze worden beperkt als dat bij wet is voorzien, bijvoorbeeld om de goede naam en de rechten van anderen te beschermen. Zo’n beperking die bij wet is voorzien doet zich voor als een publicatie onrechtmatig is in de zin van artikel 6:162 BW.
4.2.Voor het antwoord op de vraag of de publicatie onrechtmatig is, moeten de wederzijdse belangen, die in beginsel gelijkwaardig zijn, tegen elkaar worden afgewogen. Het belang van [eiseres] is dat zij niet zomaar wordt blootgesteld aan verdachtmakingen en dat haar privacy (gewaarborgd in artikel 8 EVRM) niet onnodig wordt geschonden. Het belang van [gedaagde] is dat zij zich (in het algemeen) in het openbaar kritisch, informerend en waarschuwend moet kunnen uitlaten over misstanden. Bij deze belangenafweging komen alle omstandigheden van het geval aan bod.
4.3. [gedaagde] stelt in haar video (i) dat [eiseres] de brief aan haar gestuurd heeft; (ii) dat [eiseres] in haar eigen belang heeft ingegrepen in de behandeling van haar zoon in een kliniek in Spanje en dat haar zoon er dus van op de hoogte is dat zij zeer narcistisch en manipulatief is, controle over hem wil en dat hij voor altijd in haar macht is; en (iii) dat [naam zoon] vanwege het lekken van de brief definitief heeft gebroken met zijn moeder.
4.4.De eerste omstandigheid die van belang is, is de vraag in welke mate [gedaagde] een onderwerp van algemeen belang aan de orde stelt. Het gaat in de video om zeer persoonlijke zaken zoals het verbreken van een relatie, de behandeling van verslavingsproblematiek in een kliniek en vooral over de relatie tussen een moeder en haar zoon. Dit is geen misstand die in het maatschappelijk belang aan de kaak moet worden gesteld. [gedaagde] heeft bij het brengen van dit nieuws geen ander belang dan het voor eigen gewin bevredigen van de nieuwsgierigheid van haar volgers naar het privéleven van een publiek persoon.
Voor zover [gedaagde] stelt dat niet zij deze uitlatingen doet, maar dat het haar spionnen zijn die dit zeggen, of [naam zoon] [eiseres] , wordt aan dit verweer voorbij gegaan. [gedaagde] is degene die de video publiceert, zelfs met de aankondiging van een ‘scoop’ en ‘breaking news’ en is daarin vrij stellig (“Volgens spionnen weet hij dit nogmaals 100% zeker”, “Maar in ieder geval is dit nu de situatie zoals die is”, “want ik weet nog dat [naam zoon] in de kliniek zat, ik heb echt overal spionnen dat weet je, en dat daar is gezegd dat hij pas kon herstellen volledig van zijn verslavingen maar ook van zijn jeugdtrauma’s als hij zou breken met [eiseres] . En dat heb ik toen gebracht in een video en [eiseres] heeft dat toen gehoord en die heeft toen contact opgenomen met die kliniek en die heeft geëist dat er een andere therapeut kwam dat zij haar erbuiten lieten”, “Zoals jullie allemaal weten heb ik het nog nooit verkeerd gehad betreft de juice rondom de familie [familienaam] ”, “Na een aantal weken kan ik niet anders concluderen dat ik wederom gelijk heb”). [gedaagde] kan zich dan ook niet verschuilen achter haar ‘spionnen’ en deze beweringen komen voor haar rekening.
Evenmin kan [gedaagde] zich verschuilen achter de kennelijk spottend en badinerend bedoelde toon van de uitlatingen. [gedaagde] presenteert de stellingen niet zodanig overdreven of absurd dat voor het publiek duidelijk is dat de uitingen met een korreltje zout moeten worden genomen. Integendeel, uit de hiervoor geciteerde passages blijkt dat [gedaagde] juist uitdraagt heel zeker van haar zaak te zijn. Zij zou over zeer betrouwbare bronnen beschikken, die haar keer op keer van correcte informatie hebben voorzien.
4.6.De tweede omstandigheid die van belang is, is de vraag in welke mate de beschuldigingen aan het adres van [eiseres] op feiten zijn gebaseerd. [gedaagde] doet ernstige beschuldigingen, die ingrijpen in de privacy van [eiseres] . Daarvoor zal [gedaagde] goede gronden moeten hebben. Van [gedaagde] wordt niet verwacht dat zij met sluitend bewijs komt, maar zij moet – mede gezien haar grote aantal volgers – wel aannemelijk maken dat ze serieuze aanwijzingen heeft voor haar beweringen. Daarin is zij niet geslaagd. [gedaagde] stelt twee anonieme bronnen te hebben. Van de ene bron is geen enkele informatie bekend. Van de tweede bron heeft [gedaagde] een anonieme brief overgelegd, waarin vooral de mening van deze bron over [eiseres] aan de orde komt, en waarin wordt vermeld dat deze bron zijn of haar informatie van ‘contacten binnen de geestelijke gezondheidszorg in Spanje’ en van ‘een zeer betrouwbaar contactpersoon binnen het circuit’ heeft. Het gaat dus om informatie uit tweede of derde hand en de betrouwbaarheid of zelfs het bestaan van beide bronnen valt niet na te gaan. De informatie van de tweede bron zou bovendien alleen gaan over de periode van [naam zoon] in de kliniek en niet over de brief, over het lekken daarvan of over de breuk tussen [eiseres] en haar zoon. Dit zijn dan ook geen serieuze aanwijzingen voor de juistheid van de beschuldigingen. Dat [gedaagde] ervoor kiest om het belang bij bescherming van de identiteit van haar bronnen te laten prevaleren boven het belang om haar verweer (verder) te onderbouwen, komt voor haar risico.
4.7.Verder voert [gedaagde] als serieuze aanwijzingen voor haar uitingen aan dat in een artikel in Privé van 30 november 2022 hetzelfde verhaal is gepubliceerd als in haar video en dat in dat artikel melding wordt gemaakt van ‘een goed ingevoerde bron’, dat de ex-vriendin volgens het artikel bevestigt dat de brief echt is en – kort gezegd – het in het openbaar ontbreken van steun van [naam zoon] aan zijn moeder tegen de uitlatingen van [gedaagde] .
Het artikel in Privé kan echter niet als een feitelijke onderbouwing voor de juistheid van de beschuldigingen worden gezien. Dit artikel is verschenen nadat [gedaagde] haar video de eerste keer publiceerde, heeft dezelfde inhoud en is dus waarschijnlijk overgenomen van [gedaagde] . Privé heeft het over ‘een goed ingevoerde Privé-bron’, maar ook dit is een anonieme bron en het artikel is bovendien zeer speculatief (“een goed ingevoerde Privé-bron heeft wel een idee hoe het kan zitten (…) Het is waarschijnlijker dat [eiseres] achter het lekken van deze intieme brief zit. Zij heeft er belang bij.(…) Toch kan er ook nog een andere constructie zijn volgens de Privé-bron”).
Dat [naam zoon] zich niet in het openbaar heeft uitgesproken is evenmin bewijs voor de stelling dat [eiseres] de brief aan [gedaagde] heeft gelekt en dat haar zoon om die reden het contact met haar heeft verbroken. Zoals [eiseres] heeft verklaard heeft zij op dit moment minder contact met haar zoon vanwege een voorval dat zich vóór het lekken van de brief heeft voorgedaan. [naam zoon] heeft bovendien al een tijd geleden een mediastop ingesteld. Ook dit kan dus niet als serieuze aanwijzing gelden. Dat de brief van [naam zoon] echt is, is niet in geschil, maar dit zegt niets over wie die brief aan [gedaagde] heeft gelekt. [eiseres] beschikte bovendien over een andere versie van de brief, die zij heeft overgelegd om aan te tonen dat zij niet degene is geweest die de brief aan [gedaagde] heeft gestuurd.
4.9.Een derde omstandigheid die van belang is, is de inkleding van de uitingen. Een deel van de uitingen is onnodig grievend. De term gecremeerde kroket is hoe dan ook grievend en beledigend. Dat [gedaagde] die term niet zelf heeft bedacht is niet relevant. Zij neemt de term over en gebruikt die om geld in te zamelen voor haar rechtszaak. Ook dit komt dus voor haar rekening. Ook de termen narcistisch, manipulatief, knettergek en toxic, en de stelling dat het goed is voor [naam zoon] dat hij met zijn moeder heeft gebroken, zijn kwetsend.
De conclusie is dat [gedaagde] haar beschuldigingen niet waar kan maken, dat deze onnodig grievend zijn en dat [gedaagde] geen te respecteren belang heeft bij publicatie van haar uitlatingen. De video is bovendien door een groot aantal volgers bekeken, die door [gedaagde] zijn aangespoord om te reageren op de door haar geuite beschuldigingen. Een substantieel aantal van hen is helemaal los gegaan en heeft zich als gevolg hiervan zeer kwetsend over [eiseres] uitgelaten. Niet is gebleken dat [gedaagde] zich hiervan distantieert. Integendeel, zij wakkert deze reacties aan door de term gecremeerde kroket over te nemen.
De uitlatingen van [gedaagde] zijn dus onrechtmatig. De privacybelangen van [eiseres] dienen daarom te prevaleren boven de vrijheid van meningsuiting van [gedaagde] .
4.11. [eiseres] heeft [gedaagde] gevraagd om de video te verwijderen om zo een procedure te voorkomen, maar [gedaagde] heeft dat geweigerd. [eiseres] heeft daarom een spoedeisend belang bij haar vorderingen tot het verwijderen van de video, van de aanduiding ‘gecremeerde kroket’ en bij de gevorderde rectificatie, mede gelet op de voortdurende negatieve gevolgen van de publicatie voor haar privéleven. De onderstaande rectificatie is passend. Tegen de geëiste vorm daarvan heeft [gedaagde] geen bezwaar gemaakt zodat die zal worden aangehouden. De gevorderde dwangsom zal worden gemaximeerd. Voor het verwijderen van de video en de aanduiding ‘gecremeerde kroket’ zal een termijn van 24 uur worden aangehouden.
4.12. [gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseres] worden begroot op:
- dagvaarding € 125,03
- griffierecht 314,00
- salaris advocaat 1.016,00
Totaal € 1.455,03
De voorzieningenrechter
5.1.veroordeelt [gedaagde] de video van 24 november 2022, die opnieuw is geplaatst op 27 december 2022, binnen 24 uur na betekening van dit vonnis te verwijderen en verwijderd te houden,
5.2.veroordeelt [gedaagde] de term ‘gecremeerde kroket’ als verwijzing naar [eiseres] al dan niet in combinatie met een foto van [eiseres] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis te verwijderen en verwijderd te houden,
5.3.veroordeelt [gedaagde] om aan [eiseres] een dwangsom te betalen van € 1.000,00 voor ieder uur dat zij niet aan de in 5.1 en/of 5.2 uitgesproken veroordelingen voldoet, tot een maximum van € 50.000,00 is bereikt,
5.4.beveelt [gedaagde] binnen 48 uur na betekening van dit vonnis een rectificatie te plaatsen op haar Instagram-account genaamd [naam account] , in de vorm van een story, welke story tussen 11.00 uur en 12.00 uur moet worden geplaatst, waarna door [gedaagde] twee uur lang geen opvolgende berichten mogen worden geplaatst op dit account, en welke tenminste 24 uur zichtbaar moet zijn, met de volgende tekst, zonder enig commentaar of weerwoord en/of andere geluids- of visuele effecten:
“RECTIFICATIE M.B.T. [eiseres]
In de video van [naam account] van 24 november 2022 op YouTube die ik op 27 december 2022 wederom online heb gezet heb ik beweerd dat [eiseres] een privébrief van haar zoon aan mij zou hebben gelekt, dat [eiseres] zeer narcistisch en manipulatief is en dat zij controle over haar zoon wil houden en dat hij voor altijd in haar macht is, dat [eiseres] in haar eigen belang zou hebben ingegrepen in de behandeling van haar zoon [naam zoon] in een kliniek in Spanje en dat [naam zoon] het contact met zijn moeder [eiseres] definitief zou hebben verbroken.
De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft in een vonnis van 23 januari 2023 geoordeeld dat ik die beweringen niet waar heb kunnen maken, en dat deze onnodig kwetsend zijn, waardoor deze onrechtmatig zijn tegenover [eiseres] . De voorzieningenrechter heeft mij daarom bevolen deze rectificatie te plaatsen om dit recht te zetten.
[gedaagde] ”
5.5.beveelt [gedaagde] de onder 5.4 weergegeven rectificatie te plaatsen op haar YouTube-account genaamd [naam account] , zodanig dat deze bij de start van de eerstvolgende uitzending van [naam account] , maar in ieder geval binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis, voor de duur van 60 seconden wordt getoond gedurende dertien dagen, zonder enig commentaar of weerwoord en/of andere geluids- of visuele effecten en waarbij de tekst moet worden uitgevoerd in zwarte letters tegen een beeldvullende witte achtergrond,
5.6.veroordeelt [gedaagde] om aan [eiseres] een dwangsom te betalen van € 5.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de in 5.4 en/of 5.5 uitgesproken veroordelingen voldoet, tot een maximum van € 50.000,00 is bereikt,
5.7.veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres] tot op heden begroot op € 1.455,03, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.8.verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.9.wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A. Messer, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. L. Oostinga, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 23 januari 2023.n
type: LO coll: MV