Menu

Filter op
content
PONT Data&Privacy

0

Artikel 36 (functionaris voor gegevensbescherming)

  • 1

    De verwerkingsverantwoordelijke benoemt een functionaris voor gegevensbescherming. Voor verschillende bevoegde autoriteiten kan, rekening houdend met hun organisatiestructuur en omvang, één functionaris voor gegevensbescherming worden aangewezen. De functionaris voor gegevensbescherming wordt door de verwerkingsverantwoordelijke tijdig en naar behoren betrokken bij alle aangelegenheden die verband houden met de bescherming van politiegegevens.

  • 2

    De functionaris voor gegevensbescherming wordt aangewezen op grond van zijn professionele kwaliteiten en, in het bijzonder, zijn deskundigheid op het gebied van de wetgeving en de praktijk inzake gegevensbescherming en zijn vermogen de taken, bedoeld in het derde lid, te vervullen.

  • 3

    De functionaris voor gegevensbescherming is tenminste belast met de volgende taken:

    • a.

      het toezien op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet en op het beleid van de verwerkingsverantwoordelijke met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens, met inbegrip van de toewijzing van de autorisaties, bedoeld in artikel 6, de bewustmaking en opleiding van de ambtenaren van politie die zijn betrokken bij de verwerking van politiegegevens en de audits, bedoeld in artikel 33;

    • b.

      het informeren en adviseren van de verwerkingsverantwoordelijke en de ambtenaren van politie die politiegegevens verwerken over hun verplichtingen op grond van het bepaalde bij of krachtens deze wet en andere gegevensbeschermingsbepalingen op grond van het Unierecht of het Nederlandse recht;

    • c.

      het desgevraagd verstrekken van advies over de gegevensbeschermingseffectbeoordeling, bedoeld in artikel 4c, en het toezien op de uitvoering ervan;

    • d.

      het samenwerken met de Autoriteit persoonsgegevens;

    • e.

      het optreden als contactpunt voor de Autoriteit persoonsgegevens inzake aangelegenheden in verband met de verwerking van persoonsgegevens en, voor zover dienstig, het plegen van overleg over enige andere aangelegenheid.

  • 4

    De functionaris voor gegevensbescherming stelt jaarlijks een verslag op van zijn bevindingen.

  • 5

    De verwerkingsverantwoordelijke maakt de contactgegevens van de functionaris voor gegevensbescherming openbaar en meldt de functionaris voor gegevensbescherming aan bij de Autoriteit persoonsgegevens.

  • 6

    De verwerkingsverantwoordelijke stelt de functionaris voor gegevensbescherming de benodigde middelen ter beschikking voor het vervullen van de taken, bedoeld in het derde lid, en voor het in standhouden van zijn deskundigheid.

Informatie geldend op 01-01-2020

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Besluit mandaat, volmacht en machtiging Autoriteit Persoonsgegevens
    artikel: 4

  2. Boetebeleidsregels Autoriteit Persoonsgegevens 2019
    bijlage: 5

  3. Regeling toezichtsbevoegdheden functionaris voor de gegevensbescherming EL&I
    artikel: 1

  4. Regeling WPG Defensie
    artikel: 1.6

  5. Wet gebruik van passagiersgegevens voor de bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven
    artikel: 18

  6. Wet politiegegevens
    artikel: 6a, 35c, 36c

  7. Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
    artikel: 14

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(01-01-2020)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2019

wijziging

17-10-2018

Stb. 2018, 401

34889

06-12-2018

Stb. 2018, 495

01-01-2008

nieuwe-regeling

21-07-2007

Stb. 2007, 300

30327

14-12-2007

Stb. 2007, 549