Menu

Filter op
content
PONT Data&Privacy

0

ECLI:NL:GHSHE:2024:1503

30 april 2024

Jurisprudentie – Uitspraken

Uitspraak

Parketnummer : 20-001149-23

Uitspraak : 30 april 2024

TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ‘s-Hertogenbosch, van 19 april 2023, in de strafzaak met parketnummer 01-291215-21 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,

wonende te [adres verdachte] .

Hoger beroep

Bij vonnis waarvan beroep heeft de rechtbank het tenlastegelegde bewezenverklaard, dat gekwalificeerd als:

  • met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam (feit 1),

  • poging tot met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd (feit 2 primair),

  • met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen (feit 3),

  • een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen, verwerven en in bezit hebben, terwijl van het plegen van dit misdrijf een beroep of gewoonte wordt gemaakt (feit 4), en

  • een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben, terwijl van het plegen van dit misdrijf een beroep of gewoonte wordt gemaakt (feit 5),

de verdachte daarvoor strafbaar verklaard en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden waarvan 20 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en met aftrek van het voorarrest. De rechtbank heeft aan het voorwaardelijk strafdeel als bijzondere voorwaarden verbonden een contactverbod met [slachtoffer 3] , een contactverbod met [slachtoffer 2] , een contactverbod met [slachtoffer 4] en een locatieverbod in een straal van 100 meter rond het adres [adres] .

De rechtbank heeft de vordering aan immateriële schade van de benadeelde partij [slachtoffer 2] van een bedrag van € 3.500,00 integraal toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

De rechtbank heeft de vorderingen aan immateriële schade van de benadeelde partijen [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] telkens toegewezen tot een bedrag van € 1.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voor het overige gedeelte zijn deze benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard in hun vordering. De rechtbank heeft voorts ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen telkens het gevorderde contactverbod en het locatieverbod bij [slachtoffer 3] als schadevergoeding in de vorm van natura afgewezen.

Tevens heeft de rechtbank de teruggave gelast van een inbeslaggenomen telefoontoestel en een inbeslaggenomen computer onttrokken aan het verkeer.

Namens de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen met aanvulling van de gronden en met uitzondering van de opgelegde straf, de beslissing op de vorderingen van de benadeelde partij [slachtoffer 3] en het beslag en, in zoverre opnieuw rechtdoende, de verdachte zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 30 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en met aftrek van het voorarrest. Met betrekking tot de vorderingen van de benadeelde partijen heeft de advocaat-generaal zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] integraal dient te worden toegewezen, dat de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] dient te worden toegewezen tot een bedrag van € 2.000,00, en de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4] dient te worden toegewezen tot een bedrag van € 1.000,00. De advocaat-generaal heeft voorts gevorderd dat de toegewezen bedragen telkens zullen worden vermeerderd met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening en dat ten behoeve van de slachtoffers de schadevergoedingsmaatregel zal te worden opgelegd. Ten aanzien van het beslag heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de inbeslaggenomen goederen zal onttrekken aan het verkeer. Tot slot heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de schorsing van het bevel tot voorlopige hechtenis zal worden opgeheven.

De verdachte heeft ten aanzien van het onder feit 3 tenlastegelegde vrijspraak bepleit en voorts is door de verdediging uitsluitend een straftoemetingsverweer gevoerd. De verdediging heeft zich voor wat betreft de vorderingen van de benadeelde partijen gerefereerd aan het oordeel van het hof. Hetzelfde geldt voor het beslag.

Vonnis waarvan beroep

Het beroepen vonnis zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere bewezenverklaring komt dan de rechtbank.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg – tenlastegelegd dat:

1.
hij in of omstreeks de periode van 12 april 2018 tot en met 15 mei 2018 te Middelburg, althans in Nederland, met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten het brengen/duwen van een of meer vingers in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer 1] en/of het betasten van de vagina en/of borst(en) en/of buik van die [slachtoffer 1] ;

2. primair
hij op één of meer tijdstippen in de periode van 01 juni 2019 tot en met 30 september 2019 te Westerbeek, gemeente Sint-Anthonis, en/of Boxmeer, althans in Nederland, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf, om met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] , die de leeftijd van twaalf, maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen te plegen die bestonden of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam,

- zijn penis uit zijn broek heeft gehaald en/of

- het hoofd van die [slachtoffer 2] heeft vastgepakt en/of

- het hoofd van die [slachtoffer 2] in de richting van zijn penis heeft geduwd/gebracht en/of

- zijn penis tegen de mond van die [slachtoffer 2] heeft geduwd en/of

- de broek van die [slachtoffer 2] heeft uitgetrokken en/of

- met zijn penis op en neer heeft bewogen tussen/tegen de billen van die [slachtoffer 2] en/of

- de borsten en/of het lichaam van die [slachtoffer 2] heeft betast en/of

- het laten betasten/aftrekken van de penis door die [slachtoffer 2] ,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2. subsidiair
hij op één of meer tijdstippen in de periode van 01 juni 2019 tot en met 30 september 2019 te Westerbeek, gemeente Sint-Anthonis en/of Boxmeer, althans in Nederland, met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit

- het halen van zijn penis uit zijn broek en/of

- het brengen/duwen van zijn penis tegen en/of in de richting van de mond van die [slachtoffer 2] en/of

- het op en neer bewegen van zijn penis tussen/tegen de billen van die [slachtoffer 2] en/of

- het betasten van de borsten en/of het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of

- het laten betasten/aftrekken van zijn penis door die [slachtoffer 2] ;

3.
hij in de periode van 14 oktober 2019 tot en met 5 oktober 2020 te Westerbeek, gemeente Sint Anthonis, in elk geval in Nederland, met [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, te weten het (over de kleding) betasten van/nabij de bil(len) en/of de schaamstreek van die [slachtoffer 3] en/of het (vervolgens) in slow motion filmen van de bil(len) en/of de schaamstreek van die [slachtoffer 3] ;

4.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 december 2017 tot en met 5 oktober 2021 te Westerbeek, gemeente Sint Anthonis en/of in een andere plaats in Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal telkens afbeeldingen, te weten video's en/of foto's van seksuele gedragingen en/of (een) gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) te weten: één of meer mobiele telefoons en/of een usb-stick (Kingston Data Traveler G2) en/of een Macbook/Apple Notebook en/of een opslagruimte/Cloud gekoppeld aan een Google account met het adres [e-mailadres] , waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, te weten

- 56 (unieke) afbeeldingen, waarvan 23 video’s en/of 33 foto’s van [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] ) en/of

- 4 afbeeldingen, te weten 4 video’s van [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] ) en/of

- 5 afbeeldingen, waarvan 3 video’s en/of 2 foto’s van [slachtoffer 3] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] ) en/of

- 3 afbeeldingen, te weten 3 video’s van [slachtoffer 4] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 4] ) en/of

- 140 (unieke) afbeeldingen, waarvan 120 foto’s en/of 20 video’s van [slachtoffer 5] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 5] ) en/of

- 2 (unieke) afbeeldingen, te weten 2 (bewerkte) foto’s van [slachtoffer 6] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 6] )

heeft vervaardigd en/of verworven en/of in bezit gehad

welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met de/een penis en/of een vinger oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van die [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 1] en/of [bestandsnaam 2] (pagina’s 342 en 346; [slachtoffer 4] )

- [bestandsnaam 3] en/of [bestandsnaam 4] en/of [bestandsnaam 5] en/of [bestandsnaam 6] en/of [bestandsnaam 7] (pagina’s 324 +327 + 328 + 329; [slachtoffer 5] )

en/of

het met de/een penis en/of hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de bil(len) van die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 3] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 8] (pagina 325; [slachtoffer 5] )

- Video: [bestandsnaam 9] en/of Video: [bestandsnaam 10] (pagina’s 36 en 37; [slachtoffer 3] )

en/of

het met de/een hand(en) betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door die [slachtoffer 4] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 1] en/of [bestandsnaam 11] en/of [bestandsnaam 2] (pagina’s 342, 345 en 346) en/of

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van door [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 3] , althans van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 12] en/of [bestandsnaam 13] en/of [bestandsnaam 14] en/of [bestandsnaam 15] en/of [bestandsnaam 16] en/of [bestandsnaam 17] en/of [bestandsnaam 18] en/of [bestandsnaam 19] en/of [bestandsnaam 20] en/of [bestandsnaam 21] (pagina’s 296 t/m 300; [slachtoffer 1] ) en/of

- [bestandsnaam 22] en/of [bestandsnaam 23] en/of [bestandsnaam 24] en/of [bestandsnaam 25] en/of [bestandsnaam 26] en/of [bestandsnaam 27] (pagina’s 324, 325, 326, 328 en 330; [slachtoffer 5] ) en/of

- Video: [bestandsnaam 28] en/of [bestandsnaam 29] en/of [bestandsnaam 30] (pagina’s 37 en 38; [slachtoffer 3] )

en/of

het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 31] en/of [bestandsnaam 32] en/of [bestandsnaam 33] en/of [bestandsnaam 34] (pagina’s 149 t/m 151; [slachtoffer 2] ) en/of

- [bestandsnaam 11] (pagina 345; [slachtoffer 4] ) en/of

- [bestandsnaam 35] (pagina 326; [slachtoffer 5] ) en/of

- [bestandsnaam 36] en/of [bestandsnaam 37] (pagina 357; [slachtoffer 6] )

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;

5.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 december 2017 tot en met 5 oktober 2021 te Westerbeek, gemeente Sint Anthonis en/of Boxmeer en/of in een andere plaats in Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, telkens 350 afbeeldingen en/of 33 afbeeldingen en/of 637 (unieke) afbeeldingen en/of gegevensdragers bevattende afbeeldingen, te weten een USB-stick (geel) en/of een Macbook/Apple Notebook en/of een opslagruimte/Cloud gekoppeld aan een Google account met het adres [e-mailadres] , van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft

welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met de/een penis en/of vinger(s) en/of een tandenborstel, oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een vinger oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 38] en/of [bestandsnaam 39] en/of [bestandsnaam 40] en/of [bestandsnaam 41] en/of [bestandsnaam 42] en/of [bestandsnaam 43] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 44] (zie p-v 27, pagina 375)

- [bestandsnaam 45] en/of [bestandsnaam 46] en/of [bestandsnaam 47] en/of [bestandsnaam 48] en/of [bestandsnaam 49] en/of [bestandsnaam 50] en/of [bestandsnaam 51] en/of [bestandsnaam 52] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.) en/of

het met de/een hand(en) en/of penis en/of betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een hand en/of tong en/of dildo betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 53] en/of [bestandsnaam 38] en/of [bestandsnaam 39] en/of [bestandsnaam 54] en/of [bestandsnaam 11] en/of [bestandsnaam 40] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 55] (zie p-v 27, pagina 376)

- [bestandsnaam 56] en/of [bestandsnaam 57] en/of [bestandsnaam 58] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.)

en/of

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 39] en/of [bestandsnaam 59] en/of [bestandsnaam 41] en/of [bestandsnaam 60] en/of [bestandsnaam 61] en/of [bestandsnaam 62] en/of [bestandsnaam 63] en/of [bestandsnaam 54] en/of [bestandsnaam 64] en/of [bestandsnaam 65] en/of [bestandsnaam 43] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 16] en/of [bestandsnaam 66] en/of [bestandsnaam 67] en/of [bestandsnaam 68] en/of [bestandsnaam 69] en/of [bestandsnaam 70] en/of [bestandsnaam 20] en/of [bestandsnaam 71] (zie p-v 27, pagina 371 e.v.)

- [bestandsnaam 72] en/of [bestandsnaam 73] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.)

en/of

het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 46] (zie p-v 50, pagina 383)

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.

De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Partiële nietigheid van de inleidende dagvaarding

Het hof stelt voorop dat de rechter ingevolge de artikelen 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv), die krachtens artikel 415 Sv ook in hoger beroep van toepassing zijn, dient te beraadslagen op de grondslag van de tenlastelegging. Daarbij strekt de tenlastelegging er toe voor de procesdeelnemers – zowel voor het openbaar ministerie als de rechter als voor de verdachte en eventueel de benadeelde partij – de inzet van het geding en de te volgen beslissingsstructuur met de vereiste duidelijkheid vast te leggen.

In zaken waarin gedragingen in strijd met artikel 240b, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) ten laste zijn gelegd, is in het bijzonder het volgende van belang. De term ‘afbeelding van een seksuele gedraging’ in de zin van artikel 240b, eerste lid, Sr komt op zichzelf onvoldoende feitelijke betekenis toe.

Zonder feitelijke omschrijving van die afbeelding in de tenlastelegging voldoet de dagvaarding niet aan de in artikel 261, eerste lid, Sv gestelde eis van opgave van het feit (vgl. HR 20 december 2011, ECLI:NL:HR:2011:BS1739; HR 24 juni 2014, ECLI:NL:HR:2014:1497; HR 17 november 2015, ECLI:NL:HR:2015:3322;

HR 12 december 2017, ECLI:NL:HR:2017:3124). In zo’n omschrijving kan bijvoorbeeld worden voorzien door ten aanzien van elk van de afbeeldingen hetgeen daarop is waar te nemen concreet te beschrijven en/of de vindplaats van die beschrijving in het dossier op te nemen.

In dit geval is onder feit 4 en feit 5 tenlastegelegd dat de verdachte strafbare gedragingen heeft verricht met betrekking tot een grote hoeveelheid afbeeldingen van kinderpornografische aard en/of gegevensdragers bevattende een grote hoeveelheid van dergelijke afbeeldingen. Van een aantal afbeeldingen is in de tenlastelegging een bestandsnaam en beschrijving opgenomen van hetgeen daarop te zien zou zijn. Tot zover voldoet de tenlastelegging aan de daaraan te stellen eisen. Ten aanzien van de overige – niet gespecificeerde – afbeeldingen voldoet de tenlastelegging echter niet aan de eisen gesteld door artikel 261, eerste lid, Sv. In zoverre zal de inleidende dagvaarding (partieel) nietig worden verklaard.

De tenlastelegging luidt, na de partiële nietigverklaring:

1.
hij in of omstreeks de periode van 12 april 2018 tot en met 15 mei 2018 te Middelburg, althans in Nederland, met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten het brengen/duwen van een of meer vingers in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer 1] en/of het betasten van de vagina en/of borst(en) en/of buik van die [slachtoffer 1] ;

2. primair
hij op één of meer tijdstippen in de periode van 01 juni 2019 tot en met 30 september 2019 te Westerbeek, gemeente Sint-Anthonis, en/of Boxmeer, althans in Nederland, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf, om met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] , die de leeftijd van twaalf, maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen te plegen die bestonden of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam,

- zijn penis uit zijn broek heeft gehaald en/of

- het hoofd van die [slachtoffer 2] heeft vastgepakt en/of

- het hoofd van die [slachtoffer 2] in de richting van zijn penis heeft geduwd/gebracht en/of

- zijn penis tegen de mond van die [slachtoffer 2] heeft geduwd en/of

- de broek van die [slachtoffer 2] heeft uitgetrokken en/of

- met zijn penis op en neer heeft bewogen tussen/tegen de billen van die [slachtoffer 2] en/of

- de borsten en/of het lichaam van die [slachtoffer 2] heeft betast en/of

- het laten betasten/aftrekken van de penis door die [slachtoffer 2] ,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2. subsidiair
hij op één of meer tijdstippen in de periode van 01 juni 2019 tot en met 30 september 2019 te Westerbeek, gemeente Sint-Anthonis en/of Boxmeer, althans in Nederland, met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit

- het halen van zijn penis uit zijn broek en/of

- het brengen/duwen van zijn penis tegen en/of in de richting van de mond van die [slachtoffer 2] en/of

- het op en neer bewegen van zijn penis tussen/tegen de billen van die [slachtoffer 2] en/of

- het betasten van de borsten en/of het lichaam van die [slachtoffer 2] en/of

- het laten betasten/aftrekken van de penis van die [slachtoffer 2] ;

3.
hij in de periode van 14 oktober 2019 tot en met 5 oktober 2020 te Westerbeek, gemeente Sint Anthonis, in elk geval in Nederland, met [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had(den) bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, te weten het (over de kleding) betasten van/nabij de bil(len) en/of de schaamstreek van die [slachtoffer 3] en/of het (vervolgens) in slow motion filmen van de bil(len) en/of de schaamstreek van die [slachtoffer 3] ;

4.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 december 2017 tot en met 5 oktober 2021 te Westerbeek, gemeente Sint Anthonis en/of in een andere plaats in Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) afbeeldingen, te weten (een) video('s) en/of (een) foto('s) van (een) seksuele gedraging(en) en/of (een) gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) te weten: één of meer mobiele telefoons en/of een usb-stick (Kingston Data Traveler G2) en/of een Macbook/Apple Notebook en/of een opslagruimte/Cloud gekoppeld aan een Google account met het adres [e-mailadres] , waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, te weten

- (een) (unieke) afbeelding(en), te weten (een) video(’s) en/of (een) foto(’s) van [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] ) en/of

- afbeeldingen, te weten 4 video’s van [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] ) en/of

- (een) afbeelding(en), te weten (een) video(’s) en/of (een) foto(’s) van [slachtoffer 3] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] ) en/of

- (een) afbeelding(en), te weten (een) video(’s) van [slachtoffer 4] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 4] ) en/of

- (een) (unieke) afbeelding(en), te weten (een) foto(’s) en/of (een) video(’s) van [slachtoffer 5] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 5] ) en/of

- (unieke) afbeelding(en), te weten 2 bewerkte foto’s van [slachtoffer 6] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 6] )

heeft vervaardigd en/of verworven en/of in bezit gehad

welke seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven – bestond(en) uit:

het met de/een penis en/of een vinger oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van die [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 1] en/of [bestandsnaam 2] (pagina’s 342 en 346; [slachtoffer 4] )

- [bestandsnaam 3] en/of [bestandsnaam 4] en/of [bestandsnaam 5] en/of [bestandsnaam 6] en/of [bestandsnaam 7] (pagina’s 324 +327 + 328 + 329; [slachtoffer 5] )

en/of

het met de/een penis en/of hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de bil(len) van die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 3] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 8] (pagina 325; [slachtoffer 5] )

- Video: [bestandsnaam 9] en/of Video: [bestandsnaam 10] (pagina’s 36 en 37; [slachtoffer 3] )

en/of

het met de/een hand(en) betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door die [slachtoffer 4] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 1] en/of [bestandsnaam 11] en/of [bestandsnaam 2] (pagina’s 342, 345 en 346)

en/of

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van door [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 3] , althans van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 12] en/of [bestandsnaam 13] en/of [bestandsnaam 14] en/of [bestandsnaam 15] en/of [bestandsnaam 16] en/of [bestandsnaam 17] en/of [bestandsnaam 18] en/of [bestandsnaam 19] en/of [bestandsnaam 20] en/of [bestandsnaam 21] (pagina’s 296 t/m 300; [slachtoffer 1] ) en/of

- [bestandsnaam 22] en/of [bestandsnaam 23] en/of [bestandsnaam 24] en/of [bestandsnaam 25] en/of [bestandsnaam 26] en/of [bestandsnaam 27] (pagina’s 324, 325, 326, 328 en 330; [slachtoffer 5] ) en/of

- Video: [bestandsnaam 28] en/of [bestandsnaam 29] en/of [bestandsnaam 30] (pagina’s 37 en 38; [slachtoffer 3] )

en/of

het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , althans een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 31] en/of [bestandsnaam 32] en/of [bestandsnaam 33] en/of [bestandsnaam 34] (pagina’s 149 t/m 151; [slachtoffer 2] ) en/of

- [bestandsnaam 11] (pagina 345; [slachtoffer 4] ) en/of

- [bestandsnaam 35] (pagina 326; [slachtoffer 5] ) en/of

- [bestandsnaam 36] en/of [bestandsnaam 37] (pagina 357; [slachtoffer 6] )

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;

5.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 december 2017 tot en met 5 oktober 2021 te Westerbeek, gemeente Sint Anthonis en/of Boxmeer en/of in een andere plaats in Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) (unieke) afbeeldingen, te weten (een) video('s) en/of (een) foto('s), en/of (een) gegevensdrager(s )bevattende (een) afbeelding(en), te weten een USB-stick (geel) en/of een Macbook/Apple Notebook en/of een opslagruimte/Cloud gekoppeld aan een Google account met het adres [e-mailadres] , van (een) seksuele gedraging(en), waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft

welke seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven – bestond(en) uit:

het met de/een penis en/of vinger(s) en/of een tandenborstel, oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een vinger oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 38] en/of [bestandsnaam 39] en/of [bestandsnaam 40] en/of [bestandsnaam 41] en/of [bestandsnaam 42] en/of [bestandsnaam 43] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 44] (zie p-v 27, pagina 375)

- [bestandsnaam 45] en/of [bestandsnaam 46] en/of [bestandsnaam 47] en/of [bestandsnaam 48] en/of [bestandsnaam 49] en/of [bestandsnaam 50] en/of [bestandsnaam 51] en/of [bestandsnaam 52] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.) en/of

het met de/een hand(en) en/of penis en/of betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een hand en/of tong en/of dildo betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 53] en/of [bestandsnaam 38] en/of [bestandsnaam 39] en/of [bestandsnaam 54] en/of [bestandsnaam 11] en/of [bestandsnaam 40] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 55] (zie p-v 27, pagina 376)

- [bestandsnaam 56] en/of [bestandsnaam 57] en/of [bestandsnaam 58] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.)

en/of

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 39] en/of [bestandsnaam 59] en/of [bestandsnaam 41] en/of [bestandsnaam 60] en/of [bestandsnaam 61] en/of [bestandsnaam 62] en/of [bestandsnaam 63] en/of [bestandsnaam 54] en/of [bestandsnaam 64] en/of [bestandsnaam 65] en/of [bestandsnaam 43] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 16] en/of [bestandsnaam 66] en/of [bestandsnaam 67] en/of [bestandsnaam 68] en/of [bestandsnaam 69] en/of [bestandsnaam 70] en/of [bestandsnaam 20] en/of [bestandsnaam 71] (zie p-v 27, pagina 371 e.v.)

- [bestandsnaam 72] en/of [bestandsnaam 73] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.)

en/of

het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 46] (zie p-v 50, pagina 383)

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 primair, 3, 4 en 5 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:

1.
hij in de periode van 12 april 2018 tot en met 15 mei 2018 te Middelburg met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten het brengen/duwen van vingers in de vagina en tussen de schaamlippen van die [slachtoffer 1] en het betasten van de vagina en borsten en buik van die [slachtoffer 1] ;

2. primair
hij op tijdstippen in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 september 2019 te Westerbeek en Boxmeer, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf, om met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] , die de leeftijd van twaalf, maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen te plegen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam,

- zijn penis uit zijn broek heeft gehaald en

- het hoofd van die [slachtoffer 2] heeft vastgepakt en

- het hoofd van die [slachtoffer 2] in de richting van zijn penis heeft geduwd/gebracht en

- zijn penis tegen de mond van die [slachtoffer 2] heeft geduwd en

- de broek van die [slachtoffer 2] heeft uitgetrokken en

- met zijn penis op en neer heeft bewogen tussen/tegen de billen van die [slachtoffer 2] en

- de borsten en/of het lichaam van die [slachtoffer 2] heeft betast en

- het laten betasten/aftrekken van de penis door die [slachtoffer 2] ,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

3.
hij in de periode van 14 oktober 2019 tot en met 5 oktober 2020 te Westerbeek met [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een ontuchtige handeling heeft gepleegd, te weten het (over de kleding) betasten van de bil(len) van die [slachtoffer 3] ;

4.
hij in de periode van 5 december 2017 tot en met 5 oktober 2021 in Nederland, in elk geval in Nederland afbeeldingen, te weten video’s en foto's, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, te weten

- (unieke) afbeeldingen, te weten video’s en een foto’s van [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] ) en

- afbeeldingen, te weten een video’s van [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] ) en

- afbeeldingen, te weten video’s en foto’s van [slachtoffer 3] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] ) en

- afbeeldingen, te weten video’s van [slachtoffer 4] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 4] ) en

- (unieke) afbeeldingen, te weten foto’s en video’s van [slachtoffer 5] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 5] ) en

- (unieke) afbeeldingen, te weten bewerkte foto’s van [slachtoffer 6] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 6] )

heeft vervaardigd en/of verworven en/of in bezit gehad

welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met de penis oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van die [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ,

- [bestandsnaam 1] en [bestandsnaam 2] (pagina’s 342 en 346; [slachtoffer 4] )

- [bestandsnaam 3] en [bestandsnaam 4] en [bestandsnaam 5] en [bestandsnaam 7] (pagina’s 324 +327 + 328 + 329; [slachtoffer 5] )

en

het met de penis en/of hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen van die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 3] ,

- [bestandsnaam 8] (pagina 325; [slachtoffer 5] )

- Video: [bestandsnaam 9] en Video: [bestandsnaam 10] (pagina’s 36 en 37; [slachtoffer 3] )

en

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 3] , waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 12] en [bestandsnaam 13] en [bestandsnaam 15] en [bestandsnaam 16] en [bestandsnaam 17] en [bestandsnaam 18] en [bestandsnaam 19] en [bestandsnaam 20] en [bestandsnaam 21] (pagina’s 296 t/m 300; [slachtoffer 1] ) en

- [bestandsnaam 22] en [bestandsnaam 23] en [bestandsnaam 24] en [bestandsnaam 25] en [bestandsnaam 26] en [bestandsnaam 27] (pagina’s 324, 325, 326, 328 en 330; [slachtoffer 5] ) en

- Video: [bestandsnaam 28] en

[bestandsnaam 29] en

[bestandsnaam 30] (pagina’s 37 en 38; [slachtoffer 3] )

en/of

het houden van een stijve penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] ,

- [bestandsnaam 31] en [bestandsnaam 32] en [bestandsnaam 33] en [bestandsnaam 34] (pagina’s 149 t/m 151; [slachtoffer 2] ) en

- [bestandsnaam 11] (pagina 345; [slachtoffer 4] ) en

- [bestandsnaam 35] (pagina 326; [slachtoffer 5] ) en

- [bestandsnaam 36] en [bestandsnaam 37] (pagina 357; [slachtoffer 6] )

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;

5.
hij in de periode van 5 december 2017 tot en met 5 oktober 2021 in Nederland) afbeeldingen, te weten video’s en foto's en gegevensdragers bevattende afbeeldingen, te weten een USB-stick en een Macbook en een opslagruimte/Cloud gekoppeld aan een Google account met het adres [e-mailadres] , van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken in bezit heeft gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft

welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met een penis en/of vingers en/of een tandenborstel, oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en het met een vinger vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 38] en [bestandsnaam 40] en [bestandsnaam 41] en [bestandsnaam 42] en [bestandsnaam 43] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 44] (zie p-v 27, pagina 375)

- [bestandsnaam 45] en [bestandsnaam 46] en [bestandsnaam 47] en [bestandsnaam 48] en [bestandsnaam 49] en [bestandsnaam 50] en [bestandsnaam 51] en [bestandsnaam 52] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.) en

het met de/een hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een hand en/of tong en/of dildo betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de borsten van een persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

- [bestandsnaam 53] en [bestandsnaam 39] en [bestandsnaam 54] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 55] (zie p-v 27, pagina 376)

- [bestandsnaam 56] en [bestandsnaam 57] en [bestandsnaam 58] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.)

en

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of poseert met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 61] en [bestandsnaam 62] en [bestandsnaam 63] en [bestandsnaam 54] en [bestandsnaam 64] en [bestandsnaam 65] (zie p-v 12, pagina 336 e.v.)

- [bestandsnaam 16] en [bestandsnaam 66] en [bestandsnaam 69] en [bestandsnaam 20] en [bestandsnaam 71] (zie p-v 27, pagina 371 e.v.)

- [bestandsnaam 72] en [bestandsnaam 73] (zie p-v 50, pagina 377 e.v.)

en

of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt waarbij de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

- [bestandsnaam 46] (zie p-v 50, pagina 383)

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.

Het hof acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.

Bewijsmiddelen

Ten behoeve van de leesbaarheid van dit arrest zijn de bewijsmiddelen opgenomen in de aan dit arrest gehechte bewijsmiddelenbijlage. De daarin vervatte bewijsmiddelen maken integraal deel uit van dit arrest.

Elk bewijsmiddel wordt – ook in zijn onderdelen – slechts gebruikt tot bewijs van dat bewezenverklaarde feit, of die bewezenverklaarde feiten, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.

De beslissing dat het bewezenverklaarde door de verdachte is begaan, berust op de feiten en omstandigheden als vervat in de hierboven bedoelde in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, in onderlinge samenhang beschouwd.

Bewijsoverwegingen

De verdachte heeft ten aanzien van het onder feit 3 tenlastegelegde vrijspraak bepleit. Daartoe heeft hij in de kern aangevoerd dat hij weliswaar een hand op de billen van [slachtoffer 3] had, maar dat het aanraken van de billen nodig was ter ondersteuning om [slachtoffer 3] neer te zetten en daardoor geen ontuchtig karakter had.

Het hof overweegt als volgt.

Het hof stelt op grond van de bewijsmiddelen en het verhandelde ter terechtzitting vast dat de verdachte drie videofragmenten heeft gemaakt van [slachtoffer 3] en dat op een van deze videofragmenten is te zien dat de verdachte zijn linkerhand naar de billen van [slachtoffer 3] verplaatst. Het hof maakt uit het dossier op (pagina 7) dat de uploads van de bestanden hebben plaatsgevonden tussen 31 juli 2020 en 31 augustus 2020, waardoor het hof – anders dan de rechtbank – tot de conclusie komt dat ook het videofragment waar de verdachte zijn hand op de billen van aangeefster plaatst binnen de tenlastegelegde periode valt.

De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij meerdere videofragmenten heeft gemaakt van [slachtoffer 3] , waaronder een videofragment waarop te zien is dat hij zijn hand op haar billen legt. De verdachte heeft voorts in eerste aanleg verklaard dat hij het spannend vond om onder het rokje van [slachtoffer 3] te filmen.

Het hof overweegt dat, gelet op het dossier en de verklaringen van de verdachte, in het bijzonder de combinatie van de handelingen die de verdachte heeft verricht en de verklaringen die hij daaromtrent heeft afgelegd, inhoudende dat hij een hand op de billen heeft gelegd en het spannend vond om onder het rokje te filmen, wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van een ontuchtige handeling met [slachtoffer 3] . Naar het oordeel van het hof ging er een zekere doelgerichtheid van de verdachte uit bij het aanraken van de billen van die [slachtoffer 3] en had het aanraken een ontuchtig karakter.

Het hof acht de verklaring van de verdachte, inhoudende dat de aanraking van [slachtoffer 3] slechts onschuldig was en dat hij haar enkel ondersteunde, gelet op het voorgaande, volstrekt ongeloofwaardig en schuift die verklaring dan ook terzijde.

Het hof is derhalve van oordeel dat de verdachte zich in de periode van 14 oktober 2019 tot en met 5 oktober 2020 schuldig heeft gemaakt aan het plegen van een ontuchtige handeling bij [slachtoffer 3] , door (over de kleding) haar bil(len) te betasten.

Het tot vrijspraak strekkende verweer wordt verworpen.

Resumerend acht het hof, op grond van het vorenoverwogene in onderling verband en samenhang beschouwd met de inhoud van de bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte onder feit 1, feit 2 primair, feit 3, feit 4 alsmede het onder feit 5 tenlastegelegde heeft begaan op de wijze zoals in de bewezenverklaring is vermeld.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het onder 1 bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam.

Het onder 2 primair bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

poging tot met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd.

Het onder 3 bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen.

Het onder 4 bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen, verwerven en in bezit hebben, terwijl van het plegen van dit misdrijf een beroep of gewoonte wordt gemaakt.

Het onder 5 bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

afbeeldingen en gegevensdragers bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een beroep of gewoonte wordt gemaakt.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten. De feiten zijn strafbaar.

Strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezenverklaarde.

Op te leggen straf

De verdediging heeft ter terechtzitting in hoger beroep bepleit dat aan de verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf wordt opgelegd maar een deels voorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur, waarvan de duur van het onvoorwaardelijke deel gelijk is aan de tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, al dan niet in combinatie met een taakstraf van maximaal 200 uren. Daartoe is onder meer aangevoerd dat de verdachte nog jong was en zichzelf (seksueel) aan het ontwikkelen was, dat hij inmiddels inzicht heeft gekregen in het laakbare van zijn handelen en dat voorkomen moet worden dat het leven dat hij inmiddels heeft opgebouwd wordt doorkruist door een gevangenisstraf.

Het hof overweegt als volgt.

Het hof heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarnaast is gelet op de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komende in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.

Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van ontuchtige handelingen met meerdere, (zeer) jonge slachtoffers, welke handelingen mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, en een poging daartoe. De verdachte zocht via social media actief seksueel getint contact of hij kwam via familie in contact met deze jonge meisjes. De slachtoffers waren destijds tussen de 8 en 15 jaar oud, terwijl de verdachte zelf reeds meerderjarig was. De verdachte heeft door zijn handelen ernstig inbreuk gemaakt op de lichamelijke en seksuele integriteit van de slachtoffers en heeft zich enkel laten leiden door zijn eigen lusten, zonder zich te bekommeren om de schadelijke gevolgen van zijn handelen. Het is algemeen bekend dat een dergelijk feit grote schade kan toebrengen aan de (seksuele) ontwikkeling van de minderjarige slachtoffers. Om die reden heeft de wetgever ervoor gekozen het plegen van seksuele/ontuchtige handelingen met jeugdigen tussen de twaalf en zestien jaren strafbaar te stellen, ook wanneer deze handelingen met wederzijds goedvinden lijken plaats te vinden. Uit het gedrag van verdachte spreekt dan ook een groot gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel, normbesef en respect voor de slachtoffers.

Verder heeft de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het bezitten, verwerven en voorhanden hebben van kinderpornografisch materiaal, waarvan hij een deel zelf heeft vervaardigd met de slachtoffers [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] alsmede met [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] . Van het vervaardigen, verwerven en bezitten van dit kinderpornografisch materiaal heeft de verdachte bovendien een gewoonte gemaakt. De overige door de politie onder de verdachte aangetroffen foto’s en video’s betreffen onder meer het misbruik van zeer jonge kinderen. Dit is bijzonder verwerpelijk, omdat bij de vervaardiging van kinderpornografisch beeldmateriaal kinderen seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd. Het is een feit van algemene bekendheid dat bij het maken van dergelijke materiaal een grote inbreuk wordt gemaakt op de lichamelijke integriteit en de persoonlijke levenssfeer van kinderen. Dit is zeer traumatisch voor de betrokken kinderen en levert bij hen ook op latere leeftijd doorgaans ernstige (psychische) problemen op. De verdachte heeft door zijn gedrag indirect een bijdrage geleverd aan dit misbruik, nu de vraag naar kinderporno het vervaardigen ervan stimuleert. Het hof rekent het de verdachte zeer aan dat hij heeft gehandeld zoals is bewezenverklaard.

In het bijzonder heeft het hof acht geslagen op het volgende.

De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij destijds, ten tijde van het plegen van de tenlastegelegde ontuchtige handelingen, dacht dat sprake was van gelijkwaardig contact dan wel van een gelijkwaardige relatie en dat hij toen niet wist dat zijn handelen strafbaar was. Pas door het ingrijpen van politie en justitie heeft de verdachte het besef gekregen dat wat hij deed fout was. Het contact met de minderjarige meisjes voelde voor hem goed. Als justitie niet had ingegrepen, dan was hij mogelijk niet tot dit besef gekomen.

Het hof is uit het dossier gebleken dat de verdachte op 26 oktober 2021 is aangehouden door de politie.n

Dossierpagina 474.

In de onder de verdachte inbeslaggenomen goederen zijn back-ups met verschillende whatsappgesprekken aangetroffen. Daaruit volgt dat de verdachte op 15 en 16 mei 2018 chatgesprekken heeft gevoerd met twee contactpersonen genaamd [contactpersoon 1] en [contactpersoon 2] . Kort gezegd bespreekt de verdachte met [contactpersoon 1] en [contactpersoon 2] dat hij [slachtoffer 1] heeft gevingerd, dat de vader van [slachtoffer 1] erachter is gekomen en dat die vader een gesprek wil met de vader van de verdachte.n

Dossierpagina’s 188-190.

Uit de chatgesprekken volgt ook het volgende:n

Dossierpagina’s 211-291.

  • op 15 mei 2018 stuurt [contactpersoon 1] naar de verdachte “je heb haar wel aangerand en ze is 13 en jij volwassen”, waarop de verdachte reageert “I know” (pg. 237);

  • op 16 mei 2018 stuurt [contactpersoon 1] “ze is 13 [verdachte]” en “je kon ook inhouden” (pg. 241);

  • de verdachte reageert “nee ik weet” en “ik ben kkr dom geweest” (pg. 241);

  • op dezelfde dag vraagt de verdachte hulp aan [contactpersoon 2] . De verdachte vraagt “jij studeerde toch rechten” (pg. 261);

  • de verdachte vraagt vervolgens “wat kunnen ze me maken” en “als ze aangifte doen” (pg. 261);

  • de verdachte stuurt “geldt dit ook voor een minderjarige”, “artikel 245” en “wat wordt er bedoeld met ‘seksueel binnendringen van het lichaam’” (pg. 262);

  • [contactpersoon 2] vraagt vervolgens aan de verdachte “wat jeb (het hof begrijpt: heb) je precies gedaan” (pg. 263);

  • de verdachte antwoordt daarop “ik heb haar gevingerd ..” (pg. 264);

  • [contactpersoon 2] antwoordt vervolgens “Oke kutzooi. Want met seksueel binnendringen van het lichaam betekent het ook vingeren. Je tast haar aan” en “Je bent echt focktop als hij een aangifte doet” (pg. 264);

  • in het chatgesprek tussen [contactpersoon 2] en de verdachte wordt vervolgens besproken dat de verdachte een gevangenisstraf kan krijgen, dat de verdachte hier beter over had moeten nadenken en wordt besproken of de verdachte beter kan bekennen of ontkennen tegenover de vader van [slachtoffer 1] (pg. 264-274);

  • vervolgens stuurt [contactpersoon 2] “je bent meerderjarig” en “dat is al echt een straf” en “want maakt nie uit of ze volgende week of morge 14 zou worde het is gebeurd. Je kan dat niet terug draaie” (pg. 273);

  • de verdachte reageert “nee I know” (pg. 273).

Uit de chatgesprekken kan worden afgeleid dat de verdachte al op of omstreeks 15 en 16 mei 2018 er van op de hoogte werd gebracht dat het strafbaar is om als volwassene met een minderjarige ontuchtige handelingen te plegen en dat hij zich daaraan door het vingeren van de minderjarige [slachtoffer 1] schuldig had gemaakt. De verdachte wordt hier immers door twee vriendinnen op gewezen. De verdachte lijkt zich dit zeer wel te realiseren (“I know”) en benoemt bovendien zelf artikel 245, waarin (kort gezegd) het plegen van ontuchtige handelingen met een persoon onder de zestien jaar is strafbaar gesteld. Dat de verdachte in 2018 niet vervolgd is voor die ontuchtige handelingen met [slachtoffer 1] lag niet aan hem, maar aan het feit dat door (de vader van) [slachtoffer 1] niet direct aangifte is gedaan. De verdachte was aldus ruim drieënhalf jaar vóór zijn aanhouding op 26 oktober 2021 al een gewaarschuwd mens. Desondanks is hij, nadat het incident met [slachtoffer 1] met een sisser leek te zijn afgelopen, doorgegaan met het plegen van ontuchtige handelingen. Hij heeft immers in 2019 en in 2020 als volwassene ontuchtige handelingen gepleegd met de minderjarigen [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] .

Gelet op het hiervoor overwogene verwerpt het hof het verweer van de verdediging dat de verdachte dacht dat sprake was van (een) gelijkwaardige relatie(-s) en dat hij niet wist dat zijn handelen strafbaar was tot het moment dat hij met justitie in aanraking kwam. De verklaringen van de verdachte op dit punt acht het hof volstrekt ongeloofwaardig. Het hof acht het bijzonder kwalijk dat de verdachte bewust was van het feit dat hij strafbaar handelde en dat dit hem er kennelijk niet van heeft weerhouden om door te gaan met het plegen van gelijksoortige strafbare feiten. Het hof rekent dit de verdachte zwaar aan en weegt dit ten nadele van de verdachte mee met de strafoplegging.

Het hof heeft acht geslagen op de inhoud van het uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 16 februari 2024, betrekking hebbende op het justitiële verleden van de verdachte, waaruit blijkt dat hij eerder onherroepelijk is veroordeeld, doch niet voor soortgelijke strafbare feiten.

Voorts heeft het hof kennisgenomen van het door Reclassering Nederland opgemaakte reclasseringsadvies d.d. 15 maart 2023 en een aanvullende rapportage d.d. 25 maart 2024. Daaruit komt naar voren dat op de praktische leefgebieden geen problemen worden geconstateerd. Er is sprake van een stabiel inkomen, de verdachte is inmiddels getrouwd en onlangs vader geworden van een zoontje en hij woont samen met zijn vrouw in een particuliere huurwoning. Er is geen sprake van overmatig middelengebruik en de verdachte ontkent seksueel opgewonden te raken van minderjarigen. Verder is gerapporteerd dat er geen sprake is van een psychiatrisch toestandsbeeld en evenmin zijn er tekenen die wijzen op het bestaan van evidente persoonlijkheidsproblematiek. Bij een veroordeling wordt door de reclassering geadviseerd een straf op te leggen zonder bijzondere voorwaarden. Interventies of toezicht wordt niet nodig bevonden, gezien het laag ingeschatte recidiverisico. Door de reclassering worden voorts geen fysieke of mentale redenen gezien waarom een detentieperiode niet mogelijk zou zijn. Wel zal sprake zijn van algemeen geldende detentieschade zoals verlies van baan, inkomen en hierdoor mogelijk ook huisvesting.

Tevens heeft het hof gelet op de overige persoonlijke omstandigheden van de verdachte, voor zover daarvan ter terechtzitting is gebleken. Ten overstaan van het hof heeft de verdachte verklaard dat zijn vrouw na de bevalling is gestopt met werken om voor hun zoontje te zorgen, dat hij kostwinner is en werkt als ZZP’er en dat zijn gezin van zijn inkomen afhankelijk is.

Naar het oordeel van het hof kan, gelet op de ernst van het bewezenverklaarde en het hiervoor overwogene, niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te vermelden duur met zich brengt.

Alles afwegende acht het hof oplegging van een gevangenisstraf van 30 maanden waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en met aftrek van het voorarrest passend en geboden.

Het hof ziet geen meerwaarde in het opleggen van bijzondere voorwaarden.

Met oplegging van een gedeeltelijk voorwaardelijke straf wordt enerzijds de ernst van het bewezenverklaarde tot uitdrukking gebracht en wordt anderzijds de strafoplegging dienstbaar gemaakt aan het voorkomen van nieuwe strafbare feiten.

Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

Beslag

Bij gelegenheid van het vooronderzoek zijn een usb-stick, een computer en een telefoon in beslag genomen en nog niet teruggegeven.

De verdachte heeft reeds afstand gedaan van de inbeslaggenomen usb-stick.

De inbeslaggenomen computer met betrekking tot welke het onder feit 4 en feit 5 bewezenverklaarde is begaan, is vatbaar voor onttrekking aan het verkeer, aangezien het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang.

De advocaat-generaal heeft zich, onder verwijzing naar de conclusie van de procureur-generaal bij de Hoge Raad d.d. 7 maart 2023, gepubliceerd onder ECLI:NL:PHR2023:273, en de rapportage van het NFI “Terug naar de bestanden, Technische toelichting over identificeren, verbergen en verwijderen van bestanden 22 juni 2019”, op het standpunt gesteld dat de inbeslaggenomen telefoon eveneens vatbaar is voor onttrekking aan het verkeer.n

Te raadplegen op de website van het NFI: https://www.forensischinstituut.nl/forensisch-onderzoek/digitale-technologie-forensische/documenten/rapporten/2019/05/21/technische-toelichting-terug-naar-de-bestanden.

De raadsman van de verdachte heeft zich gerefereerd aan hetgeen de advocaat-generaal naar voren heeft gebracht.

Het hof is, met de advocaat-generaal, van oordeel dat de inbeslaggenomen telefoon vatbaar is voor onttrekking aan het verkeer. Hoewel de inbeslaggenomen telefoon is teruggezet naar de fabrieksinstellingen blijkt dat, ook na het verwijderen van bestanden of het terugzetten van een telefoon naar fabrieksinstellingen, het altijd mogelijk is om een bestand of foto weer terug te halen. Er kan daarom niet gegarandeerd worden dat na het verwijderen van kinderpornografisch materiaal of het terugzetten van een telefoon naar fabrieksinstellingen, de kinderporno van de telefoon definitief verwijderd is.

Nu na het schonen van de telefoon niet met zekerheid kan worden gesteld dat het kinderpornografisch materiaal van de telefoon is verdwenen, is de telefoon vatbaar voor onttrekking aan het verkeer, aangezien het een voorwerp is met behulp waarvan het feit kan worden begaan en het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]

De benadeelde partij [slachtoffer 2] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding van een bedrag van € 3.500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Voorts is verzocht een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen.

Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep integraal toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. De rechtbank heeft het verzoek om een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen afgewezen.

De benadeelde partij heeft te kennen gegeven de gehele vordering in hoger beroep te handhaven. Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de benadeelde partij te kennen gegeven de vordering, voor zover betrekking hebbend op het verzoek om een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen, niet langer te handhaven.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de vordering voor zover gehandhaafd integraal dient te worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

De raadsman van de verdachte heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof.

Het hof overweegt als volgt.

Het hof is uit het onderzoek ter terechtzitting gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 2 en feit 4 bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks nadeel is toegebracht dat niet in vermogensschade bestaat en waarbij de benadeelde recht heeft op schadevergoeding omdat zij op andere wijze in haar persoon is aangetast. Het is een feit van algemene bekendheid dat zedendelicten als de onderhavige een ernstige inbreuk maken op de integriteit en persoonlijke levenssfeer van slachtoffers en dat slachtoffers nog geruime tijd met de psychische gevolgen daarvan te kampen kunnen hebben. Naar het oordeel van het hof brengen de aard en de ernst van de normschending in dit geval dan ook mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde partij zo voor de hand liggen, dat reeds daarom een aantasting in de persoon als bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek kan worden aangenomen. Uit de bij het schadeformulier gevoegde stukken ter onderbouwing en de – namens de benadeelde partij – mondelinge toelichting ter terechtzitting in hoger beroep blijkt dat het bewezenverklaarde een grote impact heeft gemaakt op de benadeelde partij, die al kwetsbaar was, en dat zij tot de dag van vandaag nog steeds kampt met veel psychische klachten.

Het hof is van oordeel dat de immateriële schade voor integrale toewijzing vatbaar is. Mitsdien zal het hof daartoe overgaan.

Wettelijke rente

Het toe te wijzen bedrag zal worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021, zijnde de laatste dag van de bewezenverklaarde periode, tot aan de dag der algehele voldoening.

Proceskosten

Het hof zal de verdachte, die als de in het ongelijk gestelde partij kan worden aangemerkt, tevens veroordelen in de proceskosten aan de zijde van de benadeelde partij en de ten behoeve van de tenuitvoerlegging van dit arrest door de benadeelde partij nog te maken kosten.

Schadevergoedingsmaatregel

Op grond van het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof in rechte vastgesteld dat door het bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade aan het slachtoffer [slachtoffer 2] is toegebracht tot een bedrag van € 3.500,00. De verdachte is daarvoor jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk.

Het hof ziet aanleiding om aan de verdachte de maatregel tot schadevergoeding op

te leggen ter hoogte van voormeld bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]

Namens de benadeelde partij [slachtoffer 3] is in eerste aanleg een vordering ingediend, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 3.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Voorts is verzocht een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen.

Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 1.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voor het overige gevorderde geldbedrag is de vordering niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft het verzoek om een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen afgewezen.

De benadeelde partij heeft te kennen gegeven de gehele vordering in hoger beroep te handhaven. Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de benadeelde partij te kennen gegeven de vordering, voor zover betrekking hebbend op het verzoek om een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen, niet langer te handhaven.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de vordering dient te worden toegewezen tot een bedrag van € 2.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

De raadsman van de verdachte heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof.

Het hof overweegt als volgt.

Het hof is uit het onderzoek ter terechtzitting gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 3 en feit 4 bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks nadeel is toegebracht dat niet in vermogensschade bestaat. Het is een feit van algemene bekendheid dat zedendelicten als de onderhavige een ernstige inbreuk maken op de integriteit en persoonlijke levenssfeer van slachtoffers en dat slachtoffers nog geruime tijd met de psychische gevolgen daarvan te kampen kunnen hebben. Naar het oordeel van het hof brengen de aard en de ernst van de normschending in dit geval dan ook mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde partij zo voor de hand liggen, dat reeds daarom een aantasting in de persoon als bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek kan worden aangenomen. Ter terechtzitting in hoger beroep is namens de benadeelde partij naar voren gebracht dat het bewezenverklaarde handelen grote gevolgen heeft gehad voor de benadeelde partij en dat de benadeelde partij zich ernstig aangetast voelt in haar lichamelijke integriteit. Dit is aan de verdachte toe te rekenen.

Het hof begroot de immateriële schade naar billijkheid op een bedrag van € 1.000,00. Bijgevolg zal het meer gevorderde worden afgewezen.

Wettelijke rente

Het toe te wijzen bedrag zal worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021, zijnde de laatste dag van de bewezenverklaarde periode, tot aan de dag der algehele voldoening.

Proceskosten

Het hof zal de verdachte, die als de in het ongelijk gestelde partij kan worden aangemerkt, tevens veroordelen in de proceskosten aan de zijde van de benadeelde partij en de ten behoeve van de tenuitvoerlegging van dit arrest door de benadeelde partij nog te maken kosten.

Schadevergoedingsmaatregel

Op grond van het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof in rechte vastgesteld dat door het bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade aan het slachtoffer [slachtoffer 3] is toegebracht tot een bedrag van € 1.000,00. De verdachte is daarvoor jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk.

Het hof ziet aanleiding om aan de verdachte de maatregel tot schadevergoeding op

te leggen ter hoogte van voormeld bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]

De benadeelde partij [slachtoffer 4] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 1.500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Voorts is verzocht een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen.

Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 1.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voor het overige gevorderde geldbedrag is de vordering niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft het verzoek om een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen afgewezen.

De benadeelde partij heeft te kennen gegeven de gehele vordering in hoger beroep te handhaven. Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de benadeelde partij te kennen gegeven de vordering, voor zover betrekking hebbend op het verzoek om een contactverbod als schadevergoeding in natura op te leggen, niet langer te handhaven.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de vordering dient te worden toegewezen tot een bedrag van € 1.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

De raadsman van de verdachte heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof.

Het hof overweegt als volgt.

Het hof is uit het onderzoek ter terechtzitting gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 4 bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks nadeel is toegebracht dat niet in vermogensschade bestaat. De verdachte heeft naaktfoto’s en video’s van de minderjarige [slachtoffer 4] gemaakt en door haar toegestuurd gekregen en deze zijn door de verdachte vervolgens bewaard. De benadeelde partij heeft aangegeven dat haar privacy is geschonden, dat zij psychische schade heeft geleden en psychologische hulp en begeleiding heeft gezocht. Het hof is, gelet op de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de gevolgen daarvan voor de benadeelde partij, van oordeel dat sprake is van aantasting in de persoon op andere wijze die haar aanspraak geeft op immateriële schadevergoeding, zoals bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Dit is aan de verdachte toe te rekenen.

Het hof begroot de immateriële schade naar billijkheid op een bedrag van € 500,00. Bijgevolg zal het meer gevorderde worden afgewezen.

Wettelijke rente

Het toe te wijzen bedrag zal worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021, zijnde de laatste dag van de bewezenverklaarde periode, tot aan de dag der algehele voldoening.

Proceskosten

Het hof zal de verdachte, die als de in het ongelijk gestelde partij kan worden aangemerkt, tevens veroordelen in de proceskosten aan de zijde van de benadeelde partij en de ten behoeve van de tenuitvoerlegging van dit arrest door de benadeelde partij nog te maken kosten.

Schadevergoedingsmaatregel

Op grond van het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof in rechte vastgesteld dat door het bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade aan het slachtoffer [slachtoffer 4] is toegebracht tot een bedrag van € 500,00. De verdachte is daarvoor jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk.

Het hof ziet aanleiding om aan de verdachte de maatregel tot schadevergoeding op

te leggen ter hoogte van voormeld bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.

Opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis

Het hof is van oordeel dat – gelet op dit veroordelend arrest en in het bijzonder hetgeen het hof hiervoor heeft overwogen en beslist – de verdenking, de ernstige bezwaren en de gronden die hebben geleid tot de voorlopige hechtenis nog onverkort aanwezig zijn. Bij afweging van de strafvorderlijke belangen bij opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis en de persoonlijke belangen van de verdachte bij de voortduring van de schorsing, acht het hof termen aanwezig om de schorsing van de voorlopige hechtenis met ingang van de datum van de einduitspraak op te heffen. Het bevel zal afzonderlijk worden geminuteerd.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36c, 36d, 36f, 45, 57, 63, 240b, 245 en 247 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:

vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:

verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 primair, 3, 4 en 5 tenlastegelegde heeft begaan;

verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;

verklaart het onder 1, 2 primair, 3, 4 en 5 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar;

veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden;

bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot 12 (twaalf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 3 (drie) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;

beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;

heft op de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van heden;

beveelt de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:

- een computer;

- een telefoontoestel (Apple);

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]

wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 2] ter zake van het onder 2 primair en 4 bewezenverklaarde tot het bedrag van € 3.500,00 (zegge: drieduizend vijfhonderd euro) als vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil;

legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 2] , ter zake van het onder 2 primair en 4 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 3.500,00 (zegge: drieduizend vijfhonderd euro) als vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, en bepaalt dat gijzeling voor de duur van ten hoogste 45 (vijfenveertig) dagen kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid van de schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;

bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt;

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]

wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 3] ter zake van het onder 3 en 4 bewezenverklaarde tot het bedrag van € 1.000,00 (zegge: duizend euro) als vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil;

wijst de vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding voor het overige af;

legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 3] , ter zake van het onder 3 en 4 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 1.000,00 (zegge: duizend euro) als vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, en bepaalt dat gijzeling voor de duur van ten hoogste 20 (twintig) dagen kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid van de schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;

bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt;

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]

wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 4] ter zake van het onder 4 bewezenverklaarde tot het bedrag van € 500,00 (zegge: vijfhonderd euro) als vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;

veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil;

wijst de vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding voor het overige af;

legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 4] , ter zake van het onder 4 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 500,00 (vijfhonderd euro) als vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2021 tot aan de dag der voldoening, en bepaalt dat gijzeling voor de duur van ten hoogste 10 (tien) dagen kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid van de schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;

bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt.

Aldus gewezen door:

mr. S.H.C. Merkx, voorzitter,

mr. S.V. Pelsser en mr. M.C.C. van de Schepop, raadsheren,

in tegenwoordigheid van mr. E.C.M. van der Valk, griffier,

en op 30 april 2024 ter openbare terechtzitting uitgesproken.

Mr. Merkx en mr. Pelsser zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.

I. Bewijsmiddelenbijlage

De paginanummers die in onderstaande bewijsmiddelen zijn genoemd verwijzen naar pagina’s van het eindproces-verbaal van de politie Eenheid Oost-Brabant, Dienst Regionale Recherche, Team Kinderporno, onderzoeksnummer OBRBD21031 (onderzoeksnaam Braintree), gesloten d.d. 1 juni 2022 (pg. 1-532). Alle te noemen processen-verbaal zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde verbalisanten. Alle verklaringen zijn, voor zover nodig, zakelijk weergegeven.

Waar het hof het relaasproces-verbaal als bewijsmiddel heeft gebruikt liggen hieraan doelmatigheidsredenen ten grondslag en heeft het hof zich ervan vergewist dat de inhoud hiervan berust op onderliggende processen-verbaal.

Met betrekking tot feit 1 en feit 5 volstaat het hof op de voet van het bepaalde in artikel 359 lid 3 Wetboek van Strafvordering met de opgave van de bewijsmiddelen, aangezien de verdachte het bewezenverklaarde heeft bekend en er geen vrijspraak is bepleit.

De in de opsomming vermelde bewijsmiddelen worden slechts gebruikt voor zover zij het bewezenverklaarde ondersteunen

Feit 1

  1. Het proces-verbaal van aangifte d.d. 9 februari 2022 (pg. 182-187), voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [naam aangeefster 1] ;

  2. Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 19 januari 2022 (pg. 161-167), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 1] ;

  3. Het proces-verbaal van de terechtzitting in eerste aanleg d.d. 5 april 2023 voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte.

Feit 5

  1. Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch afbeeldingen NCMEC meldingen (TBKK) met bijlagen d.d. 3 november 2021 (pg. 336-346), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] ;

  2. Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch afbeeldingen (TBKK) met bijlagen d.d. 24 mei 2022 (pg. 371-376), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 2] );

  3. Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal (TBKK) met bijlagen d.d. 19 januari 2022 (pg. 377-389), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] ;

  4. Het proces-verbaal van verhoor d.d. 19 april 2022 (pg. 508-514), voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte.

Feit 2

1. Het proces-verbaal van aangifte d.d. 16 december 2021 (pg. 132-139), voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [slachtoffer 2] :

(pagina 132)

Plaats delict: Boxmeer

Pleegdatum/tijd: Tussen 1 juni 2019 en dinsdag 26 oktober 2021

Aangever:

Achternaam: [slachtoffer 2]

Voornamen: [slachtoffer 2]

Geboren: [geboortedatum slachtoffer 2]

Waarvan doe je aangifte?

- De aanranding die ik twee jaar geleden heb meegemaakt.

Tegen wie doe je aangifte?

- Tegen [verdachte] (het hof: [verdachte]).

(pagina 133)

Wat vond je van [verdachte] ?

- Hij was de oudere broer van mijn beste vriendin.

(pagina 134)

In je getuigenverklaring geef je aan dat er twee voorvallen zijn geweest waarbij er seksuele handelingen zijn verricht.

Vertel eens over het eerste voorval in Boxmeer.

- Ik ging met mijn vriendinnen naar de pleinfeesten. Van tevoren afgesproken (het hof: was afgesproken) dat hij (het hof: de verdachte) er ook naartoe zou gaan. Daarna zijn wij naar “La Bamba” gegaan. Hij ging heel dicht tegen mij aan staan. Ik stond met mijn rug tegen de muur en hij stond voor mij. Hij ging de bar in om alcohol te halen en ik ben toen huilend weggelopen. Hij is mij achterna gekomen. We zijn naar het muurtje gelopen en daar zijn we gaan zitten. Toen heeft hij zijn geslachtsdeel uit zijn broek gehaald. Hij bleef op mij in praten. Uiteindelijk gaf ik hem kusjes in zijn nek en toen is hij klaargekomen op mijn broek.

(pagina 135)

Het tweede voorval, vertel hier eens alles over.

- Ik was alleen thuis. Ik had hem gevraagd om langs te komen voor wiskunde. Hij is toen gekomen.

En toen

- Ik weet niet meer precies hoe, maar hij had zijn geslachtsdeel uit zijn broek gehaald, mijn hoofd vasthield (het hof: hij hield mijn hoofd vast) en duwde die naar zijn geslachtsdeel. Ik zei nee. Toen heeft hij mij op de bank gelegd en mijn broek uitgedaan en vervolgens ook mijn onderbroek en toen is hij gaan schuren. Toen zat hij nog aan mijn borsten en

(pagina 136)

toen probeerde hij nog een keer zijn geslachtsdeel in mijn mond te duwen.

Jullie zitten op de bank en dan haalt hij zijn geslachtsdeel uit zijn broek vertelde

Jij. Wat doet hij dan?

-Ik zit nog op de bank en hij staat. Hij houdt niet mijn hoofd vast. Hij had zijn lul

uit zijn broek en ik zit met mijn hoofd op die hoogte. Hij had in een hand zijn

piemel vast en ik weet dat hij zijn lul tegen mijn mond duwde.

Toen je op de bank kwam te liggen hoe ging dat?

-Hij legt mij neer, niet super hard. En als ik het mij goed herinner lig ik met mijn

kont iets hoger omdat hij een kussen onder mijn heup schoof en doet hij mijn broek

uit en doet hij ook zijn broek uit.

En dat schuren hoe ging dat precies?

-Zijn geslachtsdeel tussen mijn billen en dan hele tijd op en neer bewegen.

(pagina 137)

Ik voelde duidelijk zijn erectie.

Waar is dat waar dit is gebeurd?

-Bij mijn moeder in Westerbeek.

2. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 2 december 2021 (pg. 118-124), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 2] :

(pagina 122)

Het feest was op 28 juni 2019.

3. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 april 2022 (pg. 142), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :

Ik, verbalisant, ontving het psychologisch verslag van [slachtoffer 2] (het hof: aangeefster [slachtoffer 2] ). In dit verslag wordt gesproken over dat zij in de week van 23 september 2019 was aangerand tijdens een huiswerkbegeleiding wiskunde door de broer van een van haar beste vriendinnen.

4. Het proces-verbaal van de terechtzitting in eerste aanleg d.d. 5 april 2023 voor zover inhoudende de verklaring van de verdachte:

De voorzitter houdt mij de verklaring van [slachtoffer 2] voor inzake het pleinfeest. We hebben bij het muurtje staan zoenen. Ik heb mijn geslachtsdeel eruit gehaald en zij heeft mij afgetrokken. Het klopt dat een aantal weken later bij haar thuis was is gebeurd. Ik heb haar broek toen uitgedaan en heb tussen haar billen geschuurd. Ik had een erectie. Ik heb op een vragende manier voorgesteld of ze me wilde pijpen door aar hoofd vast te pakken in de zin van ’kom maar’. Ik heb mijn lul richting haar mond geduwd.

5. Het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep d.d. 16 april 2024 voor zover inhoudende de verklaring van de verdachte:

U, voorzitter, houdt mij de bewezenverklaring van de rechtbank Oost-Brabant van 19 april 2023 voor en vraagt mij of deze klopt. Ja. deze klopt.

Feit 3.

1. Het relaasproces-verbaal d.d. 1 juni 2022 (pg. 7), opgesteld door verbalisant [verbalisant 2] , voor zover inhoudende:

In het proces-verbaal dat als bijlage 1.1 bij dit dossier is gevoegd maakt men melding dat men op 5 oktober 2021 van het National Center for Missing and Exploited Children (NCMEC) een melding had ontvangen met nummer 103872054. Middels de gegevens uit deze melding bleek dat er beeldmateriaal was geüpload naar een gebruiker ruimte van Google gekoppeld aan het account met de naam “ [naam account] ” en het e-mailadres [e-mailadres] . Het ging daarbij om het uploaden naar de gebruikersruimte gekoppeld aan dat account van tenminste 299 afbeeldingen waarvan het merendeel kinderpornografische afbeeldingen betreft.

Verder ontving het TBKK Landelijke Eenheid op 5 oktober 2021 een NCMEC melding met daarbij een viertal videobestanden die de eerdergenoemde accounthouder “ [naam account] ” zou hebben geüpload naar die genoemde gebruiker-ruimte gekoppeld aan dat genoemde account [naam account] . Hiervan werd door het NCMEC melding gedaan onder nummer 103872054. Deze afbeeldingen werden beoordeeld als strafbare afbeeldingen als bedoeld bij en krachtens artikel 240b Wetboek van Strafrecht. Buiten het feit dat deze afbeeldingen werden beoordeeld als strafbare afbeeldingen, bleek dat het hierbij ging om vermoedelijk zelf vervaardigde afbeeldingen. Het betrof in ieder geval niet eerder bekend materiaal. Volgens de bij de afbeeldingen verstrekte informatie zouden de uploads van de bestanden hebben plaatsgevonden tussen 31 juli 2020 en 31 augustus 2020.

Van de beoordeling was proces-verbaal opgemaakt onder nummer 2021-141630-210610102118

2. Het proces-verbaal beschrijving beeldmateriaal d.d. 6 oktober 2021 (pg. 35-38), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] van 6 oktober 2021:

(pagina 35)

Proces-verbaalnummer: 2021-141630-210610102118

(pagina 36)

Video: [bestandsnaam 9] .

Deze video is in slow motion opgenomen. lk zie een meisje van ongeveer 9 of 10 jaar op haar knieën op een matras zitten. Ik zie dat het meisje haar benen gespreid heeft. Zij draagt een kort blauw broekje met een onderbroek daaronder. De camera filmt een paar seconden het kruis van het meisje waarna de camera de hand van de man filmt. Ogenschijnlijk ligt het meisje nu op de man met haar buik tegen zijn buik. De linkerhand van de man is duidelijk zichtbaar. Hij houdt met die hand ogenschijnlijk een bil van het meisje vast.

(pagina 37)

Video: [bestandsnaam 10]

.

De film lijkt in slow motion te zijn opgenomen. In beeld verschijnt een man. Ogenschijnlijk filmt hij zichzelf in een spiegel of een raam. Over zijn linkerschouder ligt een meisje op haar buik. Haar benen zijn naar de camera gericht waardoor haar gezicht niet zichtbaar is. De linkerhand van de man houdt het meisje ter hoogte van haar knieën vast waardoor zij over zijn schouder blijft liggen. Het meisje draagt een kort donker rokje en donkere kousen met gele strepen aan de bovenzijde. De man verplaatst zijn linkerhand naar de billen en vervolgens de rug van het meisje. Het meisje trekt haar benen en de man laat het meisje even los. Zij blijft echter liggen op de schouder van de man. Vervolgens zwenkt de camera naar links van de man waardoor alleen het meisje nog zichtbaar is. Zij laat zich naar achteren vallen waardoor zij met haar

bovenlichaam tegen de man aankomt. De man houdt haar met zijn linkerhand tegen bij haar billen en zet haar vervolgens op de grond. Ik schat de leeftijd van het meisje op 10-14 jaar oud.

3. Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 2 november 2021 (pg. 54-58), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [getuige/aangeefster] ( het hof: de moeder van [slachtoffer 3] ) :

(pagina 56)

(Filmpje over de schouder)

V: Wat ziet u op het filmpje?

A: De grotere jongen is zoon van een gezin. Zijn naam is [verdachte] (het hof: de verdachte [verdachte]). Ik herken deze familie.

(Filmpje wrijven)

V: Wat vindt u van dit filmpje?

A: Ik zie iets seksueels gebeuren. Ik zie dat ze (het hof: [slachtoffer 3]) opgepakt wordt en dat ze uiteindelijk op bed belandt. Ik zie dat hij (het hof: de verdachte) met zijn handen de billetjes vastpakt.

4. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 november 2021 (pg. 63-64), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 4] :

(pagina 64)

In de verklaring van getuige [getuige/aangeefster] werden filmpjes getoond aan de getuige. Deze

filmpjes/videobestanden hebben de volgende bestandsnamen;

  1. [bestandsnaam 10] (Filmpje over de schouder)

  2. [bestandsnaam 9] (Filmpje wrijven)

  3. [bestandsnaam 28] (Laatste filmpje)

In bovenstaande volgorde zijn de videobestanden aan de getuige [getuige/aangeefster] getoond.

5. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 10 november 2021 (pg. 65-68), voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [getuige/aangeefster] :

(pagina 65)

Plaats delict: Westerbeek, gemeente Sint Anthonis.

Aangever

Achternaam: [getuige/aangeefster]

Voornamen: [getuige/aangeefster]

Zij deed aangifte namens het slachtoffer [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] .

(pagina 66)

Tegen wie doet u aangifte?

- [verdachte] (het hof: de verdachte [verdachte])

- Ik heb gezien dat hij van de geslachtsdelen van [slachtoffer 3] video opnames heeft gemaakt.

(pagina 67)

Heeft u zelf nog nagedacht over wanneer deze filmpjes opgenomen zijn?

- Het zijn drie filmpjes, waarvan er 2 op een dag opgenomen zijn. Twee filmpjes zijn in de zomer geweest. Vorig jaar, 2020, zijn we daar twee keer geweest.

6. Het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep d.d. 16 april 2024 voor zover inhoudende de verklaring van de verdachte:

Het klopt dat ik de bil(len) van [slachtoffer 3] heb aangeraakt en dat ik dit gefilmd heb. Ik had haar op mijn schouder. Vanaf mijn schouder heb ik haar op enig moment neergezet. Ik heb gefilmd, omdat ik het spannend vond.

7. Het proces-verbaal van de terechtzitting in eerste aanleg d.d. 5 april 2023 voor zover inhoudende de verklaring van de verdachte:

Het klopt dat die filmpjes er zijn. Op de vraag van de officier van justitie over waarom ik [slachtoffer 3] filmde, antwoord ik dat het spannend was voor mij op dat moment kan ik wat zien onder het rokje. Het onder een rokje kijken is seksueel spannend en dan maakt het niet uit of iemand 8 of 30 jaar is. Hierom heb ik gefilmd.

Feit 4.

1. Het proces-verbaal van de terechtzitting in eerste aanleg d.d. 5 april 2023 voor zover inhoudende de verklaring van verdachte:

De aangetroffen afbeeldingen van [slachtoffer 1] (het hof: [slachtoffer 1]) zijn door haar gemaakt. De voorzitter houdt mij voor dat [slachtoffer 2] (het hof: [slachtoffer 2]) op twee foto’s ogenschijnlijk slapend zichtbaar is en dat iemand (u?) een stijve penis bij haar gezicht houdt. Ik ben dat inderdaad. Wij hadden online seksueel contact en zij heeft foto’s gestuurd. De voorzitter houdt mij voor dat er drie video’s en twee foto’s van [slachtoffer 3] zijn aangetroffen. Het klopt dat ik haar heb gefilmd en dat het fout was wat erop stond, namelijk haar geslachtsdeel. Het was spannend voor mij op dat moment; kan ik wat zien onder het rokje. Het onder een rokje kijken is seksueel spannend en dan maakt het niet uit of iemand 8 of 30 jaar is. Hierom heb ik gefilmd.

Het klopt dat [slachtoffer 4] mijn ex is. Zij heeft soms tijdens de seks gefilmd.

Het kan kloppen dat ik in 2015 ik een relatie met [slachtoffer 5] heb gehad. Zij heeft me de filmpjes en foto’s grotendeels toegestuurd via Snapchat of een videochat. Zij wist van het filmen. De intentie van dit filmen was zodat ik de beelden terug kon kijken om opgewonden te worden. De voorzitter houdt mij voor dat er van [slachtoffer 6] twee bewerkte afbeeldingen zijn aangetroffen. Ik was aan het experimenteren met kopiëren en plakken, want dat vond ik spannend toen.

2. Het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep d.d. 16 april 2024 voor zover inhoudende de verklaring van de verdachte:

U, voorzitter, houdt mij voor dat uit het dossier volgt dat er 62 video’s en 157 foto’s met kinderpornografisch materiaal zijn aangetroffen en dat [slachtoffer 1] (het hof: [slachtoffer 1]), [slachtoffer 2] (het hof: [slachtoffer 2]), [slachtoffer 3] (het hof: [slachtoffer 3]), [slachtoffer 4] (het hof: [slachtoffer 4]), [slachtoffer 5] (het hof: [slachtoffer 5]) en [slachtoffer 6] (het hof: [slachtoffer 6]) zichzelf hebben herkend of zijn herkend. Dat klopt. Tijdens de contacten of de relatie die ik destijds had, zijn er wat dingen heen en weer gestuurd en bewaard gebleven. Het klopt ook dat ik het materiaal heb bewaard. Het materiaal heb ik in de Cloud bewaard, ook nadat de relatie uit ging.

3. Een aanvullend proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 september 2022 (pg. 1-2), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 2] van 1 september 2022.

(pagina 2)

Bestanden van aangeefster G.K.03 (het hof: [slachtoffer 4]) zijn niet aangetroffen op gegevensdragers. Deze stonden in de Cloud in de gebruiker omgeving van het account [e-mailadres] en daarvan was NCMEC-melding ontvangen. De beschrijving van de afbeeldingen gerelateerd in PV 12. Gaat om 3 videobestanden.

4. Een proces-verbaal beschrijving beeldmateriaal d.d. 6 oktober 2021 (pg. 35-38), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :

Video: [bestandsnaam 9] .

Deze video is in slow motion opgenomen. Ik zie een meisje van ongeveer 9 of 10 jaar op haar knieën op een matras zitten. Vervolgens is te zien dat het meisje opstaat. Ik zie dat het meisje haar benen gespreid heeft. Zij draagt een kort blauw broekje met een onderbroek daaronder. De camera filmt een paar seconden het kruis van het meisje waarna de camera de hand van de man filmt. Ogenschijnlijk ligt het meisje nu op de man met haar buik tegen zijn buik. De linkerhand van de man is duidelijk zichtbaar. Hij houdt met die hand ogenschijnlijk een bil van het meisje vast. Deze video voldoet aan de criteria gesteld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.

(pagina 37)

Video: [bestandsnaam 10] .

In beeld verschijnt een man. Hij houdt in zijn rechterhand een op een telefoon gelijkend voorwerp dat hij voor zich houdt. Ogenschijnlijk filmt hij zichzelf in een spiegel of een raam. Over zijn linkerschouder ligt een meisje op haar buik. Haar benen zijn naar de camera gericht waardoor haar gezicht niet zichtbaar is. Het meisje draagt een kort donker rokje en donkere kousen met gele strepen aan de bovenzijde. De man blijft filmen terwijl hij het meisje nog over zijn schouder draagt. Dan bewegen de voeten van het meisje. De man verplaatst zijn linkerhand naar de billen en vervolgens de rug van het meisje. Zij laat zich naar achteren vallen waardoor zij met haar bovenlichaam tegen de man aankomt. De man houdt haar met zijn linkerhand tegen bij haar billen en zet haar vervolgens op de grond. Ik schat de leeftijd van het meisje op 10-14 jaar oud.

Video: [bestandsnaam 28]

Deze film is in slow motion opgenomen. In beeld verschijnt een matras met een meisjes voet met een zwart klein sokje. De camera draait naar boven en de blote benen van een meisje zijn zichtbaar en een mannenhand onder de knieholte van het meisjesbeen. Dan gaat de camera naar het kruis van een meisje. Zij ligt op haar rug tegen iemand of iets aan. Haar benen worden omhooggehouden en gespreid. Zij draagt een kort blauw broekje. Alleen haar dijbenen en kruis zijn zichtbaar. Als de camera iets verschuift zijn de benen van een man zichtbaar. Het meisje ligt op de schoot van de man. De camera draait verder. Op de achtergrond is het kruis van het meisje te zien. De man filmt tussen haar benen haar kruis. Ogenschijnlijk heeft de man een erectie. Ik schat de leeftijd van het meisje tussen de 10 en 14 jaar oud. Deze video voldoet aan de criteria gesteld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.

(pagina 38)

Afbeelding: [bestandsnaam 29] .

Dit betreft een screenshot uit de hierboven beschreven video met bestandsnaam [bestandsnaam 28] . Op de afbeelding is het kruis van het meisje te zien, gefilmd tussen haar benen naar boven gericht. Deze afbeelding voldoet aan de criteria gesteld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.

Afbeelding: [bestandsnaam 30] .

Dit betreft een screenshot uit de hierboven beschreven video. Ook deze foto is tussen de benen van meisje genomen naar boven gericht. Deze afbeelding voldoet aan de criteria gesteld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.

5. Een proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal (TBKK) inclusief bijlagen d.d. 29 maart 2022 (pg. 145-151), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :

(pagina 145)

In het opsporingsonderzoek contra [verdachte] is op 26 oktober 2021 op het adres [adres 2] binnengetreden en werden goederen in beslag genomen.

(pagina 146)

Na verricht onderzoek zijn kopieën van de in deze gegevensdragers aanwezige bestanden ter beoordeling aan mij, verbalisant, aangeboden. Ik heb een nader onderzoek ingesteld in het ter beoordeling aangeboden materiaal. De afbeeldingen met betrekking tot slachtoffer F.B.04 (het hof: [slachtoffer 2] ) betreffen in totaal 4 kinderpornografische afbeeldingen. Hiervan zijn er 4 unieke kinderpornografische afbeeldingen aangetroffen. Deze 4 unieke kinderpornografische afbeeldingen zijn kinderpornografische videobestanden. Op alle afbeeldingen is het slachtoffer F.B.04 te zien. Bij iedere beschrijving wordt verder gesproken over het minderjarige slachtoffer.

(pagina 149)

1. File name: [bestandsnaam 31]

Ik herken het minderjarige slachtoffer liggend op een bank. Zij ligt onder een deken en ligt met haar hoofd op de kussens op de zijleuning van de bank. Ik zie dat ter hoogte van haar hoofd een stijve, besneden, ontblote penis in beeld is. De ontblote penis wordt ter hoogte van het minderjarige slachtoffer haar hoofd gehouden. Het camerastandpunt is van bovenaf genomen.

2. File name [bestandsnaam 32]

(pagina 150)

Ik herken het minderjarige slachtoffer liggend op een bank. Ogenschijnlijk ligt zij te slapen. Zij ligt onder een deken en ligt met haar hoofd op de kussens op de zijleuning van de bank. Ik zie dat ter hoogte van haar hoofd een stijve, besneden ontblote penis in beeld is. Het camerastandpunt is van boven, waardoor de nadruk op de stijve ontblote penis en het hoofd van het minderjarige slachtoffer ligt.

3. File name [bestandsnaam 33]

Ik herken het minderjarige slachtoffer omdat zij met haar gezicht duidelijk in beeld is. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer op haar zij op de bank ligt en ogenschijnlijk ligt te slapen. Ik zie dat zij onder een donkerkleurig deken ligt met haar hoofd op de eerdergenoemde kussens. Zij ligt met haar hoofd op de zijleuning van de bank. Als het beeld aan de bovenzijde van haar hoofd gedraaid is zie ik een stijve, ontblote, besneden penis in beeld komen. Het camerastandpunt draait en de ontblote penis [gaat] in de richting van het gezicht van het minderjarige slachtoffer. De penis verdwijnt uit beeld en het camerastandpunt beweegt. Dezelfde ontblote penis komt weer in beeld, waarbij hij steeds dichter bij het gezicht van het ogenschijnlijke slapende minderjarige slachtoffer komt.

(pagina 150)

4. File name [bestandsnaam 34]

Ik herken het minderjarige slachtoffer omdat haar volledige gezicht in beeld is. Ik zie dat zij ogenschijnlijk ligt te slapen op de eerder beschreven bank met kussens. Ik zie dat het beeld direct begint met de stijve, besneden penis dicht bij het gezicht van het minderjarige slachtoffer. Ik zie dat een behaarde hand de stijve penis vast heeft. De persoon gaat nog dichter bij het gezicht van het minderjarige, ogenschijnlijke slapende, slachtoffer staan. Hij maakt trekkende bewegingen aan zijn stijve penis vlak bij het gezicht van het minderjarige slachtoffer. Vanaf 26 seconden gaat hij enkele mlen (het hof: malen) achteruit om vervolgens weer dichter bij het gezicht van het minderjarige slachtoffer te gaan staan. Nog steeds met de stijve penis in zijn hand.

6. Een proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal (TBKK) met bijlagen d.d. 15 februari 2022 (pg. 292-300), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :

(pagina 292)

In het opsporingsonderzoek contra [verdachte] is op 26 oktober 2021 op het adres [adres 2] binnengetreden en werden goederen in beslag genomen.

(pagina 293)

Na verricht onderzoek zijn (kopieën van) de in deze gegevensdragers aanwezige bestanden ter beoordeling aan mij, verbalisant, aangeboden. Ik heb een nader onderzoek ingesteld in het ter beoordeling aangeboden materiaal.

(pagina 294)

De afbeeldingen met betrekking tot slachtoffer J.D.04 betreffen (het hof: [slachtoffer 1] ) kinderpornografische afbeeldingen.

(pagina 296)
Op alle afbeeldingen is het slachtoffer J.D.04 te zien. Bij iedere beschrijving wordt verder gesproken over het minderjarige slachtoffer.

1. File Name: [bestandsnaam 12]
Ik herken hier het minderjarige slachtoffer op het kinderpornografisch videofragment. Op het beeld is de romp van het minderjarige slachtoffer te zien. Ik zie dat zij haar shirt met beide handen boven haar ontblote borsten tilt waardoor deze zichtbaar in beeld zijn.

2. File Name: [bestandsnaam 13]

Dit betreft een videofragment welke ogenschijnlijk een screenopname betreft van het programma “Snapchat”. Het betreft een kinderpornografisch videofragment. Zichtbaar is dat er een nieuwe snapchat video geopend wordt. Hierbij is te zien dat er een deels ontbloot achterwerk in beeld te zien is. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer een zwart kleurige smalle

(pagina 297)

string draagt, waardoor haar bilpartij goed in beeld is. Ik herken de badkamer welke later bij afbeelding 4 en 5 ook te zien is.

4. File Name: [bestandsnaam 15]

Dit betreft een kinderpornografisch videofragment. Ik herken de badkamer welke ik onder afbeelding 2 beschreven heb. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer, die ik herken aan haar postuur en uiterlijke kenmerken, volledig naakt in beeld is, waardoor haar vulva en borsten in beeld zijn. Gezien de camerapositie staat zij vermoedelijk voor een spiegel en maar zij een zogenaamde selfie van haar lichaam.

(pagina 298)

5. File Name: [bestandsnaam 16]

Dit betreft een kinderpornografische afbeelding van het minderjarige slachtoffer. Ik zie dat zij in de dezelfde badkamer staat die onder 2 en 4 beschreven is. Ik zie dat het slachtoffer volledig naakt in beeld staat. Zij maakt met haar telefoon een zogenaamde selfie in een spiegel waarbij haar borsten en vulva in beeld zijn. Zij tilt hierbij haar, voor mij linkerbeen, enigszins op door op haar tenen te leunen. Haar, voor mij rechterhand, hangt deels voor haar vulva.

6. File Name: [bestandsnaam 17]

Dit betreft een kinderpornografisch videofragment. Ik zie het minderjarige slachtoffer in een zwartkleurig T-shirt op haar, voor mij, rechter zij liggen. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer vanaf ongeveer haar navel tot haar hals in beeld is. Ik zie dat zij direct met haar voor mij, linkerhand, haar T-shirt omhoogschuift waardoor haar zwarte bh in beeld komt. Hierna schuift zij haar zwarte BH omhoog waarna haar, voor mij, rechter ontblote borst, volledig in beeld komt.

(pagina 299)

7. File Name: [bestandsnaam 18]

Dit betreft een kinderpornografisch videofragment, waarbij het minderjarige slachtoffer met haar schaamstreek in beeld is. Op het videofragment is te zien dat het minderjarige slachtoffer een zwart T-shirt draagt. Tevens komen ogenschijnlijk de eerder beschreven witte oordopjes ook in beeld. Het camerastandpunt wordt naar de vulva van het minderjarige slachtoffer gebracht waardoor deze in beeld is. Het minderjarige slachtoffer zit of ligt met haar benen wijd waardoor haar vulva duidelijker in beeld is.

8. File Name: [bestandsnaam 19]

Dit betreft een kinderpornografisch videofragment. Op de achtergrond zijn het bed frame en de fotocollage als eerder beschreven in beeld. Op het bed zie ik een grijskleurige deken liggen. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer ogenschijnlijk haar onderkleding lager doet waardoor haar grijskleurige onderbroek in beeld. Het camerastandpunt van het minderjarige slachtoffer wordt door haar zelf veranderd, waardoor dit de nadruk legt op haar benen welke gekruist uit elkaar liggen. Haar hand stopt zij hierna in haar grijze onderbroek en betast hier haar venusheuvel en ogenschijnlijk haar schaamlippen. Terwijl zij dit doet verandert het camerastandpunt meer op haar vulva en spreidt zij haar benen meer waardoor deze beter in beeld zijn. Zij wrijft verschillende malen over haar schaamgedeelte.

(pagina 300)

9. File Name: [bestandsnaam 20]

Ik zie een kinderpornografische afbeelding van het minderjarige slachtoffer. Het slachtoffer is in beeld vanaf haar mond tot net boven haar navel. Ik zie de witte oordopjes die eerder beschreven zijn in beeld. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer een zwart ogenschijnlijk hemd draagt waarbij haar, voor mij, rechterborst ontbloot in beeld is. Achter haar is een grijskleurige achtergrond te zien vermoedelijk een deken of dekbed gelijkend aan het dekbed beschreven in afbeelding 8.

10. File Name: [bestandsnaam 21]

Dit betreft een kinderpornografische video. Voor mij, links, boven in beeld herken ik verdachte [verdachte] . In het midden van het scherm herken ik het minderjarige slachtoffer. Zij ligt als in afbeelding 9 omschreven. Direct in het begin van de opname zie ik de tekst in beeld staan: “je hebt een FaceTime-foto (2) gemaakt”. Gedurende de 43 seconden komt de tekst dat er een FaceTime foto is gemaakt 4 maal voorbij. Gedurende deze opnames zie ik onder de voor mij, rechter, ontblote borst van het minderjarige slachtoffer verschillende malen in beeld verschijnen. Ook is te zien dat hiervan ogenschijnlijk een FaceTime foto is gemaakt.

7. Een proces-verbaal beschrijving kinderpornografische materiaal (TBKK) d.d. 24 maart 2022 (pg. 320-330), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :

(pagina 320)

In het opsporingsonderzoek contra [verdachte] werden op het adres [adres 2] goederen in beslag genomen.

(pagina 321)

Na verricht onderzoek zijn kopieën van de in deze gegevensdragers aanwezige bestanden ter beoordeling aan mij, verbalisant, aangeboden. Ik, verbalisant, heb een nader onderzoek ingesteld in het ter beoordeling aangeboden materiaal. De afbeeldingen met betrekking tot slachtoffer N.V.01 (het hof begrijpt hier en hierna: [slachtoffer 5] ) betreffen kinderpornografische afbeeldingen.

(pagina 324)

Op alle afbeeldingen is het slachtoffer N.V.01 te zien. Bij iedere beschrijving wordt verder gesproken over het minderjarige slachtoffer.

1. File Name: [bestandsnaam 3]

Ik zie het minderjarige slachtoffer op, ogenschijnlijk, haar knieën zitten voor een manspersoon. Zij pijpt deze man waarbij de man zijn penis vasthoudt. Het minderjarige slachtoffer kijkt omhoog in de richting van het camerastandpunt. Gezien het camerastandpunt lijkt het alsof de man de kinderpornografische afbeelding maakt.

2. File Name: [bestandsnaam 22]
Ik zie een kinderpornografische afbeelding. Ik herken dezelfde achtergrond, een badkamer. Ik zie het ontblote lichaam van het minderjarige slachtoffer waar ik haar onder andere herken aan haar postuur, lange haren en opvallende moedervlek in haar, voor mij, rechterlies. Ik zie dat de nadruk van deze kinderpornografische afbeelding op de ontblote borsten van het minderjarige slachtoffer ligt.

(pagina 325)

3. File Name: [bestandsnaam 23]

Ik zie het minderjarige slachtoffer geposeerd voor een spiegel in een badkamer staan. Ik zie dat zij een mobiele telefoon in haar handen heeft en deze deels voor haar gezicht houdt om een zogenaamde selfie te maken. Ik zie dat zij met haar andere hand haar bovenkleding vast heeft op haar middel. Doordat deze om haar middel zitten zijn haar beide ontblote borsten zichtbaar op de kinderpornografische afbeelding.

4. File Name: [bestandsnaam 8]

Ik zie een kinderpornografische afbeelding waarbij ik de opvallende moedervlek herken uit eerder beschreven foto’s. Ik zie de vagina van het minderjarige slachtoffer waar door een mannenhand een besneden penis tegen de vagina van het minderjarige slachtoffer wordt gehouden.

(pagina 326)

5. File Name: [bestandsnaam 35]

Ik herken het minderjarige slachtoffer uit afbeelding 1 op deze kinderpornografische afbeelding. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer met haar knieën op een blauwkleurig, vermoedelijk jas, zit en met haar hoofd ter hoogte van de ontblote besneden penis van de jongen zit. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer omhoog in de camera kijkt en hierbij ogenschijnlijk zuinig lacht. De penis wordt door een behaarde mannenhand met zijn duim vastgehouden in de richting van het minderjarige slachtoffer haar gezicht.

6. File Name: [bestandsnaam 24]

lk zie een kinderpornografische afbeelding, waarbij het minderjarige slachtoffer een poserende houding aan neemt in de richting van de camera. Hierbij is haar ontblote bovenlijf en zijn haar ontblote borsten beide in beeld. Ook is het gezicht van het minderjarige slachtoffer in beeld.

(pagina 327)

7. File Name: [bestandsnaam 4]

Ik zie een kinderpornografisch videofragment waar het beginscherm nagenoeg gelijk is aan de beschreven kinderpornografische afbeelding 4. Ik zie dat er verschillende malen met de penis tussen de schaamlippen van het minderjarige slachtoffer wordt geduwd. Waarna op met de hand die eerst de penis vast had de schaamlippen van het minderjarige slachtoffer spreidt. De man duwt zijn penis tussen de schaamlippen van het minderjarige slachtoffer en penetreert haar vagina.

8. File Name: [bestandsnaam 5]

Ik zie een kinderpornografisch videofragment in dezelfde setting als in afbeelding 7 beschreven is. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer nu boven op de man zit waarbij zij de penis van de man in haar vagina heeft zitten. Zij maakt op en neergaande bewegingen. Ik zie hierbij dat er met nadruk op de penis en de vagina gefilmd wordt.

(pagina 328)

10. File Name: [bestandsnaam 25]

Ik herken het minderjarige meisje dat naakt in de doucheruimte staat. Gedurende de video-opname zie ik dat het camerastandpunt verandert van haar gezicht naar haar ontblote bovenlijf waarbij haar beide blote borsten in beeld zijn. Ik zie dat zij om en om in beide blote borsten knijpende bewegingen maakt. Op een gegeven moment gaat zij met haar hand naar haar onderlichaam toe waar zij aan haar vagina zit. Hierna gaat zij terug naar haar beide borsten en knijpt hierin.

(pagina 329)

11. File Name: [bestandsnaam 7]

Ik zie een kinderpornografisch videofragment, waarbij ik het minderjarige slachtoffer herken. Het minderjarige slachtoffer zit, ogenschijnlijk, op haar knieën en bevredigt de man voor haar oraal. Ik zie hierbij dat zij in de richting van het camerastandpunt kijkt. Gezien het camerastandpunt is de mannelijke persoon aan het filmen en houdt met zijn andere hand zijn penis vast.

12. File Name: [bestandsnaam 26]

Na het horen van het minderjarige slachtoffer, herkent zij de ruimte in de woning. Zij geeft aan dat dit haar slaapkamer is. Ik zie dat het minderjarige slachtoffer grotendeels naakt in de ruimte staat voor een spiegel. Ik zie dat haar bovenkleding tot haar heup naar beneden is gedaan waardoor haar ontblote borsten in beeld zijn. Zij draagt verder alleen een onderbroek waardoor haar ontblote benen deels in beeld zijn. De foto is gezien het camerastandpunt gemaakt door het minderjarige slachtoffer zelf in haar spiegel.

(pagina 330)

13. File Name: [bestandsnaam 27]

Ik zie het minderjarige slachtoffer in beeld. Ik zie dat zij haar bovenkleding deels naar beneden heeft waardoor haar beide ontblote borsten in beeld zijn. Ik zie, voor mij, links onder verdachte [verdachte] in beeld. Ogenschijnlijk betreft dit een schermopname van een beeldgesprek.

7. Een proces-verbaal beschrijving kinderpornografische afbeeldingen NCMEC-meldingen (TBKK) d.d. 3 november 2021 (pg. 336-346), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :

(pagina 336)

In het opsporingsonderzoek contra [verdachte] heb ik nader onderzoek ingesteld in het ter beoordeling aangeboden materiaal.

(pagina 339)
Alle in het onderzoek betrokken goederen heb ik visueel gecontroleerd op de kennelijke aanwezigheid van kinderpornografische afbeeldingen. Vervolgens heb ik vastgesteld dat hierop afbeeldingen voorkwamen die volgens de criteria kinderpornografisch zijn. Uit de afbeeldingen (foto’s en films/video’s) verwerkt in bijgevoegde collectiescan heb ik een representatieve doorsnede van afbeeldingen samengesteld.

(pagina 340)

Van deze afbeeldingen, voorzien van deze bestandsnamen, heb ik een toonmap samengesteld.

(pagina 342)

Bestandsnaam: [bestandsnaam 1]

Ik zie een video-opname. lk zie hier een ogenschijnlijk minderjarig meisje met een vermoedelijke leeftijd tussen de 14 en 16 jaar oud. Het meisje heeft met beide handen een volwassen penis vast en begint deze oraal te bevredigen. Het meisje maakt verschillende trekkende en likkende beweging over de volledige penis van de man. Tijdens deze handelingen maakt zij ook wrijvende bewegingen over de testikels van de man. Het camerastandpunt is steeds gericht op het gezicht van het meisje terwijl zij deze seksuele handelingen uitvoert. Nu zie je dat het meisje op haar knieën op een bed zit en voorovergebogen de man oraal bevredigt.

(pagina 345)

Bestandsnaam: [bestandsnaam 11]

Ik zie een ogenschijnlijk minderjarig meisje in beeld waarbij een deel van haar borsten, hals en gezicht in beeld zijn. Tussen de borsten van het meisje zit een volwassen penis. Ik zie aan de onderzijde van de penis een hand van een persoon zitten. Ik schat het minderjarige meisje tussen de 15 en 17 jaar oud.

(pagina 346)

Bestandsnaam: [bestandsnaam 2]

Dit betreft een filmfragment, waarbij een ogenschijnlijk minderjarig meisje een volwassen man oraal aan het bevredigen is. Ik herken dit hemd aan de beschadigingen op de naad als het hemd van het meisje in Bestandsnaam [bestandsnaam 11] . Het meisje houdt tijdens het oraal bevredigen de penis van de man vast.

8. Een proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal (TBKK) d.d. 24 mei 2022 (pg. 353-358), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :

(pagina 353)

In het opsporingsonderzoek contra [verdachte] werden op het adres [adres 2] goederen in beslag genomen.

(pagina 354)

Na verricht onderzoek zijn kopieën van de in deze gegevensdragers aanwezige bestanden ter beoordeling aan mij, verbalisant, aangeboden. Ik, verbalisant, heb een nader onderzoek ingesteld in het ter beoordeling aangeboden materiaal.

(pagina 355)

De afbeeldingen met betrekking tot getuige [slachtoffer 6] (het hof begrijpt: [slachtoffer 6]) betreffen in totaal 6 kinderpornografische afbeeldingen. Hiervan zijn er 2 unieke kinderpornografische afbeeldingen.

(pagina 357)

1. File Name: [bestandsnaam 36]

Ik herken de getuige op de kinderpornografische afbeelding als [slachtoffer 6] . Zij is door mij in dit onderzoek als getuige gehoord. Ik zie dat de afbeelding een bewerkte afbeelding betreft waarbij de hand met de ontblote, besneden penis op de foto geplaatst is. Ik zie dat de eikel van de penis ter hoogte van de mond van getuige [slachtoffer 6] gehouden wordt.

2. File Name: [bestandsnaam 37]

Ik herken de getuige op de kinderpornografische afbeelding als [slachtoffer 6] . Ik zie dat de afbeelding een bewerkte afbeelding betreft waarbij de hand met de ontblote, besneden, penis op de foto geplaatst is. Ik zie dat dat de eikel van de penis ter hoogte van de gesloten mond van getuige [slachtoffer 6] gehouden wordt. Ik zie dat de afbeelding van getuige [slachtoffer 6] van bovenaf genomen is waardoor zij omhoog in de camera kijkt.

9. Een proces-verbaal van verhoor d.d. 19 januari 2022 (pg. 161-167), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 1] :

(pagina 161)

Getuige:

Voornamen: [slachtoffer 1]

Achternaam: [slachtoffer 1]

Geboortedatum: [geboortedatum slachtoffer 1]

(pagina 165)

O: Ik laat jou een filmpje zien. Bestandsnaam: [bestandsnaam 71] .

(pagina 166)

V: Wat kun jij hierover vertellen?

A: Ik denk dat hij het heeft gevraagd. Ik weet niet waarom ik dat deed.

V: Begrijp ik het goed dat hij aan jou vroeg om je borsten te laten zien?

A: Ja, want ik doe dat niet uit mijzelf.

10. Een proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] van 16 december 2021, inhoudende, voor zover van belang en zakelijk weergegeven (p. 132 t/m 133):

(pagina 132)

Voornamen: [slachtoffer 2]

Achternaam: [slachtoffer 2]

Geboortedatum: [geboortedatum slachtoffer 2]

(pagina 133)

Wat voor foto’s heb je naar hem gestuurd?

- Volgens mij foto’s van mijn borsten

11. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 10 november 2021 (pg. 65-68), voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [getuige/aangeefster] :

(pagina 65)

Plaats delict: Westerbeek, gemeente Sint Anthonis.

Aangever

Achternaam: [getuige/aangeefster]

Voornamen: [getuige/aangeefster]

Zij deed aangifte namens het slachtoffer [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] .

(pagina 66)

Tegen wie doet u aangifte?

- [verdachte] (het hof: de verdachte [verdachte])

- Ik heb gezien dat hij van de geslachtsdelen van [slachtoffer 3] video opnames heeft gemaakt.

geboren op [geboortedatum slachtoffer 3] .

12. Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 november 2021 (pg. 63-64), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 4] :

(pagina 64)

In de verklaring van getuige [getuige/aangeefster] werden filmpjes getoond aan de getuige. Deze

filmpjes/videobestanden hebben de volgende bestandsnamen;

5. [bestandsnaam 10] (Filmpje over de schouder)

6. [bestandsnaam 9] (Filmpje wrijven)

7. [bestandsnaam 28] (Laatste filmpje)

In bovenstaande volgorde zijn de videobestanden aan de getuige [getuige/aangeefster] getoond.

13. Een proces-verbaal van verhoor d.d. 16 november 2021 (pg. 100-107), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 4] :

(pagina 100)

Voornamen: [slachtoffer 4]

Achternaam: [slachtoffer 4]

Geboortedatum: [geboortedatum slachtoffer 4]

(pagina 105)

O: We laten je een filmpje zien. Original Filename Associated with File: [bestandsnaam 1] .

Wat kun je daarover vertellen?

A: Ik herken me (het hof: mijzelf). Ik wist niet dat dit opgenomen was.

0: We laten je nog een andere foto zien. Wat kun je daarover vertellen?

Original Filename Associated with File: [bestandsnaam 11]

Alk herken me door de moedervlek op mijn wang, ik herken het pakje en ik herken zijn penis.

14. Een proces-verbaal van verhoor d.d. 23 maart 2022 (pg. 313319), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 5] :

(pagina 313)

Voornamen: [slachtoffer 5]

Achternaam: [slachtoffer 5]

Geboortedatum: [geboortedatum slachtoffer 5]

(pagina 318)

Ik laat jou nog een foto zien: [bestandsnaam 35] . Wat zie jij?

- Ja dat ben ik.

Artikel delen