De overheid wil informatie op internet over burgers gebruiken voor de uitvoering van toezicht en handhaving. Het gaat om het verzamelen van persoonsgegevens via zogeheten open source intelligence onderzoek (OSINT). Dat blijkt uit diverse wetgevingsvoorstellen. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) ziet grote risico’s voor mensen.

Daarom vraagt de AP de minister van Justitie en Veiligheid dringend om een algemeen beleidskader voor OSINT. Daarin moet het juiste evenwicht gevonden worden tussen wat de overheid nodig heeft voor zijn taken en het respect voor de grondrechten van burgers. Daarna zal de AP toetsen of dat evenwicht ook gevonden is.
Het gaat in de wetsvoorstellen om het verzamelen van informatie uit openbare internetbronnen. Bijvoorbeeld fora, sociale media, advertentiesites, of registers zoals het Handelsregister. Maar mogelijk ook om gegevens op het darkweb, die illegaal kunnen zijn verkregen en gepubliceerd. De overheid wil systematisch met AI, speciale tools of software en met nepaccounts online informatie over mensen verzamelen.
Aleid Wolfsen, voorzitter AP: ‘De overheid wil het internet automatisch scannen en veel gegevens over mensen combineren. Hiermee kan de overheid een volledig beeld krijgen van aspecten van het privéleven van veel burgers. Dat kan heel ingrijpend zijn en een grote inbreuk op de privacy. De vraag is wanneer en onder welke voorwaarden zoiets gerechtvaardigd is. Daarop ontbreekt nu nog het antwoord, omdat er nog geen wettelijk kader voor is. Zonder wettelijke beperkingen en garanties kan OSINT-onderzoek door de overheid trekken krijgen van een surveillancemaatschappij waarin burgers voortdurend in de gaten gehouden kunnen worden.’
De AP benadrukt dat het in de wetsvoorstellen over toezicht en handhaving niet gaat om het opsporen van strafbare feiten of om de nationale veiligheid. Het gaat juist om burgers waartegen geen verdenking van strafbare feiten bestaat. Duidelijke criteria en garanties die de rechten van mensen moeten beschermen, blijven achterwege. Het gaat bijvoorbeeld om het wetsvoorstel over internettoezicht door de Douane.
De AP vindt dat er een juridisch kader moet komen dat antwoord geeft op de vraag wanneer de overheid welke vormen van OSINT mag inzetten. En welke waarborgen er dan in de wet moeten staan. De AP stelt dat er een duidelijke aanleiding voor en afbakening van het onderzoek moet zijn. Het uitgangspunt moet zijn om zo min mogelijk informatie over mensen te verzamelen. Zodra zo’n kader er is, kan de AP toetsen of dit past binnen de grenzen van privacywetgeving.
