Omtzigt is van mening dat de staat de burger steeds meer controleert, terwijl de burger juist steeds minder mogelijkheden heeft om de overheid te controleren. De controle van de staat door de burger is volgens hem wezenlijk voor het democratisch proces en daarom pleit hij voor (meer) openbaarheid van bestuur. De controle van de burger door de staat wil Omtzigt juist beperken. De Nederlandse overheid is volgens hem uit de bocht gevlogen als het gaat om dataverzameling en houdt zich niet aan wetten rondom persoonsgegevens. Deze standpunten maken het interessant om na te gaan hoe Omtzigt nu echt denkt over privacy. Daarom hebben wij zijn stemgedrag, Kamervragen, ingediende amendementen en verschillende lezingen van hem onder de loep genomen. We hebben specifiek onderzocht hoe Omtzigt naar privacy kijkt en hoe hij wil dat er met data wordt omgegaan.
Volgens de laatste opiniepeiling zou Nieuw Sociaal Contract (NSC) van Pieter Omtzigt in één klap de grootste partij kunnen worden bij de verkiezingen in november. Er wordt nu geschat dat de partij 29 zetels zal halen, en dat is vijf meer dan de VVD en GL/PvdA, die beide naar verwachting 24 zetels halen. De kans is dus groot dat NSC in de komende regeringsperiode een flinke invloed heeft.
Juist omdat de partij zo groot kan worden, is het belangrijk om de standpunten van Omtzigt onder de loep te nemen.
Uit het stemgedrag van Omtzigt blijkt dat hij zich inzet voor de privacy van de burgers. Zo stemt hij voor het vergroten van de slagkracht van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en tegen maatregelen die de privacy aantasten, zoals chatcontrole en risicoprofilering. Uit zijn Kamervragen en amendementen blijkt verder dat hij zich inzet tegen massasurveillance en voor klokkenluiders.
We bekijken deze onderdelen één voor één uitgebreider. Per onderdeel geven we ook het stemgedrag van Pieter Omtzigt weer, aangevuld met het stemgedrag van de grootste partijen op dit moment en in de peilingen.
Een groot deel van de moties die we hebben bekeken gaat om de directe privacy van de burger. Over het algemeen kunnen we uit het stemgedrag van Omtzigt concluderen dat hij zich inzet om deze privacy te vergroten en de controle die de overheid uit kan oefenen te verkleinen. Zo is hij:
tegen chatcontrole en toegang van de overheid tot versleutelde data.
tegen het gebruik van risicoprofilering.
voor een verbod op het gebruik van nationaliteit en etniciteit in risicoprofilering.
tegen een digital ID.
voor de bescherming van de privacy van aandeelhouders in het UBO-register.
Kamervragen die Omtzigt stelt gaan onder andere over het delen van persoonsgegevens tussen de Fraude Signalering Voorziening (FSV) en gemeenten, de schending van de AVG door de overheid en risicoclassificaties van burgers bij de Belastingdienst. Zowel qua stemmingen als qua Kamervragen richt Omtzigt zich op het tegengaan van dataverzameling van burgers door de overheid.
Opvallend is dat hij tegen een bredere tegemoetkomingsregeling is voor mensen waarbij ras, etnische achtergrond, nationaliteit, religie of politieke voorkeur werd bijgehouden in de Fraude Signalering Voorziening (FSV). Verder neemt hij niet deel aan de stemming over het geven van meer aandacht aan privacy en gegevensbescherming in het opleidingsprogramma van de Belastingdienst.
Ook blijkt dat Omtzigt niet altijd tegen maatregelen is waarbij de privacy in het geding is. Zo is hij wel voor het gebruik van On-Board Units bij rekeningrijden en voor het verplicht registreren van de redenen van een abortus.
Ook rondom de coronacrisis en de manier waarop de regering getracht heeft COVID in te dammen, kunnen privacyvragen gesteld worden. We kunnen concluderen dat Omtzigt hier wel voorstander is van het delen van epidemiologische data, maar niet op individueel ziekenhuisniveau.
Hoewel Omtzigt geen directe voorstander was van de coronapas, stemt hij niet bij de motie over het uitbreiden van deze pas met persoonlijke kenmerken. We weten niet waarom hij hier niet deelneemt aan de stemming.
In de Binnenhoflezing geeft Omtzigt aan dat de AVG naar zijn mening de gewone burger niet beschermt tegen bijvoorbeeld de Belastingdienst. Sterker nog, hij beweert dat de overheid in het toeslagenschandaal vooral zichzelf beschermt met de AVG.
Bij stemming stemt Omtzigt in de meeste gevallen voor uitbreiding van de slagkracht van de Autoriteit Persoonsgegevens. Zo is hij er voorstander van om de Autoriteit Persoonsgegevens:
toezicht te laten uitoefenen op grootschalige particuliere datahandel.
in staat te stellen om de handhaving van wet- en regelgeving te intensiveren.
zo in te richten dat zij toezicht kan houden op de werking, inzet en inhoud van algoritmes.
Ook wil hij de mogelijkheid verkennen tot aanstelling van een kinderautoriteit persoonsgegevens en wil hij een verbod op de verkoop van persoonsgegevens van minderjarigen voor financieel gewin.
Interessant genoeg neemt Omtzigt niet deel aan de stemming over de motie van Farid Azarkan over een jaarlijkse audit binnen de Belastingdienst op de bescherming van persoonsgegevens. Het is niet bekend waarom hij hier niet aan deelneemt.
Omtzigt schreef twee rapporten over massasurveillance. Binnenkort verschijnt een derde rapport over spionage met software zoals Pegasus. Deze omstreden spionagesoftware wordt gebruikt door de AIVD en geeft de veiligheidsdienst de mogelijkheid om telefoongesprekken af te luisteren en onder andere berichten, foto’s en locatiegegevens te verzamelen.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat Omtzigt Kamervragen stelde over het gebruik van afluistersoftware. Ook zijn stemgedrag rondom de privacy van de burger en de bevoegdheden van de AP, kan in het licht gezien worden van Omtzigts strijd tegen massasurveillance. Hij kant zich vooral tegen het verzamelen van grote hoeveelheden data én het ongecontroleerde gebruik ervan.
Dit kan niet los gezien worden van het toeslagenschandaal dat Omtzigt aan het licht heeft gebracht. In de Grondgedachten en uitgangspunten van het NSC wordt verwoord hoe de burger moet worden beschermd tegen misbruik van data door overheid en bedrijven. Die data zouden niet ingezet moeten worden voor ‘onzichtbare algoritmes, statistische waarschijnlijkheden en blinde invorderingsregels’, vindt het NSC.
Een ander belangrijk thema voor Omtzigt is de bescherming van klokkenluiders. Hij heeft verschillende amendementen ingediend voor wijzigingen in de Wet Huis voor Klokkenluiders. Deze voorstellen voor wetswijziging hebben betrekking op de volgende zaken:
nietig verklaren van zwijgbedingen.
de mogelijkheid om via een vertrouwenspersoon of tussenpersoon misstanden te melden.
een verbod op het afluisteren of onderscheppen van meldingen.
een apart meldkanaal voor staatsgeheime informatie.
een fonds voor klokkenluiders.
uitdrukkelijke toestemming van de melder voor doorzending.
Omtzigt schreef ook een initiatiefnota over voorstellen ter aanmoediging van het melden van misstanden en het verbeteren van de bescherming van klokkenluiders. Verder heeft Omtzigt ook Kamervragen gesteld over een klokkenluiderszaak bij de Centrale Organisatie Integriteit Defensie en een klokkenluidersmelding bij de Publieke Omroep.
Deze inzet voor de bescherming van klokkenluiders ligt in de lijn van Omtzigt. Klokkenluiders zijn, aldus het Basisdocument met de politieke lijn van Groep Omtzigt ‘van immens belang voor de Nederlandse rechtsstaat’, omdat ze misstanden aan het licht kunnen brengen. Door klokkenluiders meer te beschermen wordt de relatie tussen macht en tegenmacht verbeterd en de burger beschermd.
Volgens Omtzigt is er een paradoxale verhouding tussen de privacy van de burger en de openbaarheid van bestuur. Terwijl de overheid te veel weet over de burger door een gebrek aan privacy, weet de burger te weinig van de overheid door een gebrek aan openbaarheid van bestuur.
Hoewel openbaarheid van bestuur iets anders is dan privacy, willen we het openbaar beschikbaar stellen van overheidsinformatie hier toch behandelen, omdat ze door Omtzigt zo duidelijk aan elkaar gelinkt worden, bijvoorbeeld in zijn Thorbecke-lezing.
Als we kijken naar Kamervragen die Omtzigt stelt, dan valt op dat hij zich regelmatig druk maakt over het niet openbaar maken van overheidsinformatie zoals:
geluidsopnames van OMT-opnames.
archieven van de Belastingdienst/Toeslagen.
dossiers over de kinderopvangtoeslagaffaire.
privéberichten van bewindspersonen die werkgerelateerd zijn.
Ook blijkt uit zijn stemgedrag dat hij de openbaarheid van bestuur wil bevorderen. Zo is hij voorstander van het openbaar maken van de geheime afspraken tussen de Belastingdienst en multinationals en voorstander van het beluisteren van de OMT-tapes door de Tweede Kamer.
Hij neemt echter niet deel aan de stemming over het wekelijks uitlezen van chatverkeer van bewindspersonen en de stemming over het versturen van telefoonrekeningen van de minister-president naar de Kamer.
We hebben het stemgedrag van Omtzigt ook vergeleken met andere partijen. We hebben voor deze vergelijking de vier grootste partijen van de Tweede Kamer meegenomen (VVD, D66, PVV en CDA), aangevuld met partijen die het volgens de peilingen ook goed gaan doen (BBB en GL/PvdA). Er is hierbij alleen gekeken naar de stellingen rondom privacy en openbaarheid van bestuur.
Het valt allereerst op dat Omtzigts ideeën over privacy en openbaarheid van bestuur het minst overeenkomen met het CDA, de partij waar hij tot en met het derde kwartaal 2021 deel van uitmaakte. Hij heeft juiste de meeste overlap met GroenLinks en PvdA, de partijen die zich in een nieuwe linkse samenwerking verenigd hebben.
Omtzigt laat in zijn lezingen en partijdocumenten blijken dat hij een geheel eigen visie heeft op de manier waarop er omgegaan moet worden met data. Data van burgers mogen niet misbruikt worden en het verzamelen en delen ervan moet beperkt worden. Daar staat tegenover dat data rondom de werking van de overheid juist wel openbaar gemaakt moeten worden volgens Omtzigt.
Dat Omtzigt met zijn standpunten inderdaad een geheel eigen visie heeft, blijkt uit het feit dat zijn ideeën over de onderwerpen voor niet meer dan 57% overeenkomen met andere partijen. Zijn visie hier wijkt dus inderdaad sterk af.
Privacy is een belangrijk issues voor Omtzigt en het NSC. Dat blijkt uit de tegenstelling tussen controle van de overheid (openbaarheid van bestuur) en controle van de burger die Omtzigt maakt in de Binnenhoflezing en de Thorbeckelezing. In die laatste lezing maakt hij dat als volgt duidelijk aan de burger:
“Uw bonnetjes vanaf 100 euro zijn straks inzichtelijk terwijl miljardenuitgaven van VWS dat niet zijn. Uw telefoonverkeer is inzichtelijk, terwijl de besluiten die ministers via SMS nemen, geheim zijn.”
Hij vreest dat door deze tegenstelling het democratisch proces geschaad wordt en de mate waarin de overheid de burger kan controleren, commanderen of onderdrukken groter wordt. In zijn Binnenhoflezing stelt hij:
“De overheid weet steeds meer van burgers, maar burgers weten steeds minder van de overheid.”
Het is dan ook geen wonder dat zowel uit stemgedrag als Kamervragen van Pieter Omtzigt blijkt dat hij de macht van controlerende organen zoals de Autoriteit Persoonsgegevens wil vergroten, terwijl hij tegelijkertijd de dataverzameling door de overheid wil verminderen.
Dit ligt in één lijn met de standpunten van zijn kersverse politieke partij. NSC wil burgers beschermen tegen misbruik van data door de overheid en bedrijven. Nu worden gegevens volgens de partij te gemakkelijk gedeeld tussen verschillende lagen van de overheid zonder goede onderbouwing en dat heeft geleid tot onrechtmatige behandeling en vergaand ingrijpen in gezinnen.
Ook Omtzigts standpunten over massasurveillance en klokkenluiders, onderwerpen waar hij verschillende rapporten over heeft geschreven, sluiten hierbij aan. Hoe minder data op grote schaal verzameld worden en hoe meer misstanden door klokkenluiders gemeld worden, hoe beter dat in zijn visie is.
Voor dit onderzoek is er gekeken naar de volgende bronnen:
Stemgedrag van Omtzigt bij privacy-issues.
Kamervragen van Omtzigt over privacy-issues.
Ingediende moties en amendementen van Omtzigt over privacy-issues.
Om dit in kaart te brengen is gebruikgemaakt van de websites Open Kamer.org, Tweedekamer.nl en partijgedrag.nl. Aan de hand van deze websites is een overzicht gemaakt van alle moties rondom privacy. Vervolgens is gekeken hoe Omtzigt hierover gestemd heeft en welke eventuele Kamervragen hij erover gesteld heeft.
Voor het onderzoek is uitgegaan van de tijdsperiode van september 2021 tot september 2023. Dat wil zeggen dat het stemgedrag van Omtzigt voor de afgelopen twee jaar in kaart is gebracht. Dit is vanaf het moment dat hij zich los heeft gemaakt van het CDA.
Aanvullend is ook gebruikgemaakt van de volgende bronnen:
Grondgedachten en Uitgangspunten van de politieke partij Nieuw Sociaal Contract, 19 augustus 2023.
Politieke lijn Groep Omtzigt, 19 augustus 2023.
Thorbecke-lezing, 14 april 2023.
Binnenhoflezing ‘Herstel van de machtsbalans’, 6 september 2023.