Het UMCG zet kunstmatige intelligentie (artificial intelligence, afgekort AI) in om zorgverleners te helpen bij het beantwoorden van schriftelijke vragen van patiënten. Dit gebeurt in samenwerking met andere ziekenhuizen vanuit de EPIC Nederlandse Vereniging. Een AI-toepassing in het elektronisch patiëntendossier (EPD) leest de vraag van de patiënt en geeft een antwoordsuggestie. De zorgverlener krijgt het door AI gemaakte conceptantwoord, controleert het en past het waar nodig nog aan. De verwachting is dat het de administratieve druk op artsen, verpleegkundig specialisten en andere zorgverleners flink kan verlagen.
In de afgelopen maanden draaiden het UMCG en het ETZ in Tilburg een proef met deze AI-toepassing. Het UMCG is het eerste ziekenhuis in Europa dat de chatbot daadwerkelijk inzet in het schriftelijk contact met patiënten. Tijdens de proefperiode controleerden zorgverleners de door AI opgestelde antwoorden nauwkeurig. Tom van der Laan, KNO-arts en Chief Medical Information Officer (CMIO) in het UMCG: “Het is prachtig om te zien waar kunstmatige intelligentie toe in staat is. Maar de zorg blijft mensenwerk: er is altijd een arts of verpleegkundige die het antwoord checkt voordat we het verzenden. Kunstmatige intelligentie kan het werk ondersteunen en makkelijker maken, maar zorgprofessionals zijn voorlopig onvervangbaar in de zorg.”
Wekelijks stellen patiënten ruim 1200 schriftelijke vragen aan hun UMCG-zorgverlener. Die vragen gaan bijvoorbeeld over medicatiegebruik, pijnbestrijding en weer mogen sporten/werken/reizen na een operatie. Het beantwoorden van al die vragen kost artsen en andere zorgverleners veel tijd. Tijd die ze vaak niet hebben. “Het is heel simpel", aldus Van der Laan, “als zorgverleners minder tijd hoeven te besteden aan dit soort administratieve taken, is er meer tijd voor de patiënt.”
De AI-toepassing is ontwikkeld door EPD-leverancier Epic. In de proefperiode is de wijze waarop het systeem de vragen van patiënten beantwoord, verfijnd. Het is geen zelflerend systeem, de chatbot leert niet van onze patiëntgegevens. De chatbot is geïntegreerd in het EPD, dus de patiëntengegevens blijven veilig binnen het systeem. Ook de leverancier kan er niet bij.
In Amerika wordt deze toepassing al in diverse ziekenhuizen gebruikt. “De ervaringen daar zijn zeer positief. Je kunt denken dat zo'n systeem het contact met de zorgverlener onpersoonlijker maakt, maar niets is minder waar. Omdat de zorgverleners de vragen nu tussen de bedrijven door beantwoorden, doen ze dat vaak wat kortaf. Kunstmatige intelligentie blijkt niet alleen informatievere en uitgebreidere antwoorden te geven, maar AI doet dat ook meer empathisch. We verwachten dat we in Nederland dezelfde positieve ervaringen zullen hebben.”
AI biedt nog veel meer mogelijkheden voor de zorg. “Als ik nu één dagdeel spreekuur op de polikliniek heb, kost het me zo'n 1.5 tot 2 uur voorbereidingstijd", vertelt Van der Laan. “Ik lees van iedere patiënt het dossier, bekijk bijvoorbeeld veranderingen in medicijngebruik en behandelingen door andere zorgverleners. Als AI daar een samenvatting van kan maken met alleen de relevante informatie, dan kan dat ontzettend veel tijd besparen. Maar AI kan bijvoorbeeld ook een patiëntvriendelijke samenvatting van een operatieverslag maken, of snel een ontslagbrief schrijven zodat de huisarts vlot geïnformeerd wordt over de ziekenhuisopname van de patiënt. Ik verwacht dat we in de komende jaren veel meer toepassingen in de zorg krijgen. Eerst vooral met de zogeheten taalmodellen zoals ChatGPT, maar op termijn ook met robotica. De toepassingen zijn eindeloos.”
In de komende weken en maanden zullen meer Nederlandse ziekenhuizen met een EPD van dezelfde leverancier deze toepassing gaan gebruiken, in samenwerking met andere ziekenhuizen vanuit de EPIC Nederlandse Vereniging. De samenwerking met andere ziekenhuizen maakt het mogelijk om nog sneller te profiteren van deze techniek in gezamenlijkheid voor de patiënt en zorgverleners.
Voor alle toepassingen geldt: er blijft altijd een zorgverlener, een écht mens, betrokken. En verantwoordelijk. Het systeem geeft geen medisch advies, maar ondersteunt de zorgverlener bij haar taken. Dat komt ten goede aan de productiviteit en het werkgeluk van de zorgverlener, maar vooral ook aan de kwaliteit van zorg voor de patiënt.