Het Verenigd Koninkrijk heeft vandaag een pakket aan plannen gelanceerd die de Britse economie een boost moet geven. Eén van de onderdelen daarvan is dat de regering van premier Boris Johnson met een alternatief komt voor de AVG, de Europese privacywetgeving. De huidige wetten en regels zijn in de ogen van de Britse overheid te streng en schieten op sommige punten tekort.
Dat blijkt uit de presentatie van de plannen door de minister van Digitale Zaken Oliver Dowden.
Data- en gegevensuitwisseling ligt aan de basis voor innovatie en de wereldwijde digitale economie, zo stelt het Verenigd Koninkrijk. Het stimuleert internationale handel en wetenschappelijk onderzoek, en helpt veiligheidsdiensten bij de bestrijding van cybercriminaliteit. De Britse economie wordt in belangrijke mate aangestuurd door data-uitwisseling. Alleen al met de Verenigde Staten, Australië, Zuid-Korea, Singapore, Dubai, Colombia, India, Brazilië, Kenia en Indonesië is een bedrag van meer dan 80 miljard pond gemoeid.
Door de huidige AVG-regels, gaat er volgens de Britse regering een bedrag van 11 miljard dollar verloren. Het VK vindt dat Europese privacyregels teveel barrières op het gebied van data-uitwisseling creëert. Daar wil de regering-Johnson wat aan doen. Ze wil af van de strenge en starre regels en zelf met een alternatief komen. “Het doel is snel en creatief te werk te gaan om mondiale partnerschappen te ontwikkelen die het voor Britse organisaties gemakkelijker zullen maken gegevens uit te wisselen met belangrijke markten en snelgroeiende economieën”, zo zegt de regering.
Minister van Digitale Zaken Oliver Dowden is optimistisch en kijkt er naar uit om ‘een wereldwijd toonaangevend gegevensbeleid’ te formuleren. Het verlaten van de EU (Brexit) noemt hij een kans om dat te realiseren. “We gaan op zoek naar spannende, nieuwe internationale data-samenwerkingsverbanden met een aantal van de snelst groeiende economieën ter wereld. Dat pakt voordelig uit voor zowel Britse bedrijven als Britse consumenten”, zo zegt Dowden.
De man die het nieuwe gegevensuitwisselingsbeleid moet vormgeven, is John Edwards. In zijn vorige functie was hij de voorzitter van de privacywaakhond in Nieuw-Zeeland. Volgens hem is het voornemen van de Britse overheid ‘een grote kans om voort te bouwen op het geweldige werk dat al is verricht’. Hij zegt ernaar uit te kijken om de als voorzitter van de Information Commissioner’s Office (ICO) “de organisatie en Britse economie te leiden naar een positie van internationaal leiderschap in het veilige en vertrouwde gebruik van gegevens”.
ICO, vergelijkbaar met de Autoriteit Persoonsgegevens in ons land, ziet toe dat persoonsgegevens en andere vertrouwelijke data goed worden beschermd.
De plannen van Dowden richten zich op verschillende aspecten, zo zegt hij in een interview met The Telegraph. Zo vindt hij het niks dat de AVG voor alle bedrijven hetzelfde werkt, ongeacht of ze groot of klein zijn. Iedereen moet zich aan hetzelfde systeem houden, en dat werkt volgens de minister averechts. Hij vreest dat kleine ondernemers ‘overweldigd’ raken door het woud aan regels die de AVG hen oplegt. “We kunnen niet hetzelfde verwachten van een klein familiebedrijf als van een groot social media bedrijf”, zo zegt hij in het vraaggesprek.
Dowden is tevens van mening dat de AVG op meerdere punten tekortschiet. Als voorbeeld noemt hij een pastor die geen nieuwsbrieven mag uitdelen aan kerkgangers, omdat dit onder marketing zou vallen. Ook zouden wetenschappers hun werk niet goed meer kunnen doen, al noemt hij daar geen voorbeeld bij.
Tot slot is de minister niet te spreken over ‘nutteloze cookiemeldingen’. De cookiewetgeving bepaalt dat websites niet zomaar cookies op (mobiele) apparaten mogen plaatsen om informatie te verzamelen. Bezoekers moeten namelijk ‘vrijelijk, ondubbelzinnig, geïnformeerd en specifiek’ instemmen dat hun gegevens worden verwerkt. Om die reden verschijnen er pop-ups die om je toestemming vragen om cookies te mogen plaatsen op je computer, smartphone of tablet. Dit geldt niet voor functionele en analytische cookies, maar wel third party en tracking cookies.
Eind december 2020 verliet het Verenigd Koninkrijk als eerste lidstaat de EU. Om handel te kunnen blijven drijven met bedrijven op het Europese vasteland, spraken de Europese Commissie en het VK af dat de Europese privacy wet- en regelgeving voorlopig van kracht bleef.
Eind juni kondigde Eurocommissaris voor Justitie Didier Reynders aan dat het dagelijkse bestuur van de EU definitieve afspraken met de Britten had gemaakt over de uitwisseling van persoonsgegevens. Daarvoor is een zogeheten adequaatheidsbesluit opgesteld. Dat is een besluit dat garandeert dat het VK een deugdelijk beschermingsniveau heef voor persoonsgegevens. Hij noemde dit ‘een essentieel onderdeel van de nieuwe relatie met het Verenigd Koninkrijk’.
De plannen van de regering-Johnson zijn nog niet definitief, maar verkeren wel in een vergevorderd stadium. Dat bewijst de benoeming van de nieuwe voorman van de privacywaakhond ICO. Het Verenigd Koninkrijk zegt ook afspraken te maken met de VS en negen andere landen om (persoons)gegevens uit te wisselen. Johnson wil van het Verenigd Koninkrijk ‘het beste land ter wereld maken om een digitaal bedrijf te starten en te laten groeien’. Gegevensbeschermingsregels worden ‘ambitieuzer en innovatiever’ en bieden tegelijkertijd waarborgen voor ‘veilige en betrouwbare privacynormen’. Volgens de premier wordt zijn land met deze regels en voornemens ‘een wetenschappelijke en technologische supermacht’.
