Technologiebedrijven zijn verantwoordelijk voor tal van positieve ontwikkelingen, maar er kleven ook risico’s aan. Denk aan een gebrek aan concurrentie, verlies van onze privacy en kindermisbruik. Om de negatieve gevolgen in te perken, wil de Amerikaanse overheid de sector hervormen. Daarvoor hebben president Joe Biden en vicepresident Kamala Harris zes principes geformuleerd.
Deze week vond er een bijeenkomst over dit thema plaats in het Witte Huis, zo lezen we in een persverklaring (1).
“Hoewel techbedrijven ons met elkaar in contact brengen, een levendige markt van ideeën creëren en nieuwe mogelijkheden bieden om producten en diensten op de markt te brengen, kunnen zij ons ook verdelen en ernstige schade toebrengen aan de echte wereld”, zo drukt het Witte Huis het treffend uit. Dan moet je denken aan concurrentievervalsing, privacyschendingen, verspreiding van nepnieuws en desinformatie, aantasting van de geestelijke gezondheid van jongeren, illegaal en crimineel gedrag, en discriminatie door algoritmes en een gebrek aan transparantie.
Politici, beleidsmakers, burgerrechtenactivisten en academici waren op de bijeenkomst in het Witte Huis aanwezig om meer te leren over de impact van de uitwassen van Big Tech. Eén van de deelnemers praatte uitgebreid over de macht van grote technologiebedrijven en de gevolgen van een gebrek aan concurrentie. Concurrentievervalsing smoort innovatie in de kiem en heeft een negatieve impact op consumentenprijzen.
Ook werd er uitvoerig gesproken over de gevolgen die technologiebedrijven hebben op onze privacy (2). De ongebreidelde verzameling van persoonsgegevens door techbedrijven heeft veelal maar één doel: winstmaximalisatie. Ook werd de link gelegd met nepnieuws en desinformatie. Mensen die lang actief zijn op sociale media, krijgen door het algoritme vaak sensationele, extremistische en polariserende content aangeboden. Dat leidt op zijn beurt tot verharding en verruwing van het democratische debat.
Amerikaanse technologiebedrijven worden op dit moment beschermd door wetgeving. Artikel 230 van de Communications Decency Act is daar een voorbeeld van. Dat artikel stelt dat sociale media geen uitgeverijen zijn, maar een platform voor gebruikers (3).
Volgens dit wetsartikel zijn niet de sociale media, maar gebruikers verantwoordelijk voor wat zij online plaatsen. Een platform kan dan ook niet worden aangeklaagd voor racistische uitspraken, haatzaaiende betogen, kinderporno, terrorisme, auteursrechtelijk beschermd materiaal of andere illegale content. Dit wordt ook wel de immuniteitsclausule genoemd.
Om de macht en negatieve gevolgen van grote techbedrijven te breken, hebben president Biden en vicepresident Harris zes principes geformuleerd. De eerste is de bevordering van concurrentie in de technologiesector. “De Amerikaanse informatietechnologiesector is lange tijd een motor van innovatie en groei geweest, en de VS heeft de wereld geleid bij de ontwikkeling van de interneteconomie. Vandaag echter gebruikt een klein aantal dominante internetplatforms hun macht om nieuwkomers op de markt uit te sluiten, om op winstbejag uit te zijn en om intieme persoonlijke informatie te verzamelen die zij in hun eigen voordeel kunnen gebruiken.” Daarom zijn er “verkeersregels” nodig om ervoor te zorgen dat kleine en middelgrote bedrijven op een gelijk speelveld kunnen concurreren.
Federale bescherming van de privacy van Amerikanen is het tweede principe. De overheid vindt dat er duidelijke grenzen gesteld moeten worden om persoonsgegevens te verzamelen, verwerken en delen. “Deze beperkingen moeten de platforms belasten met het minimaliseren van de hoeveelheid informatie die zij verzamelen, in plaats van de Amerikanen te belasten met het lezen van kleine lettertjes”, zo valt er te lezen in het persbericht van het Witte Huis.
Volgens het derde principe moet de jeugd beter beschermd worden voor de gevaren van het internet. “Platforms en andere aanbieders van interactieve digitale diensten moeten worden verplicht om bij het ontwerpen van hun producten voorrang te geven aan de veiligheid en het welzijn van jongeren boven winst en omzet, onder meer door buitensporige gegevensverzameling en gerichte reclame voor jongeren aan banden te leggen.”
De juridische bescherming waar technologiebedrijven van profiteren moet verdwijnen, zo luidt het vierde principe. Artikel 230 van de Communications Decency Act vrijwaart techbedrijven van iedere vorm van aansprakelijkheid. Ook wanneer er via hun platform kinderpornografisch beeldmateriaal of andere illegale content wordt verspreid. Daar moet een einde aan komen.
Verder willen Biden en Harris de transparantie over de algoritmen vergroten en discriminatie door algoritmen aan banden leggen. “Hun beslissingen over welke content aan een bepaalde gebruiker wordt getoond en wanneer en hoe content van hun sites wordt verwijderd, beïnvloeden het leven van Amerikanen en de Amerikaanse samenleving op ingrijpende manieren. De platforms bieden onvoldoende transparantie om het volk en onderzoekers in staat te stellen te begrijpen hoe en waarom dergelijke beslissingen worden genomen, wat de mogelijke effecten daarvan zijn op gebruikers en welke reële gevaren deze beslissingen met zich meebrengen.”
https://www.whitehouse.gov/briefing-room/statements-releases/2022/09/08/readout-of-white-house-listening-session-on-tech-platform-accountability/
https://www.vpngids.nl/privacy/
https://www.vpngids.nl/privacy/social-media/
