15 procent van de Nederlanders geeft aan dat ze in 2022 het slachtoffer is geweest van een cybercrimineel. Dat komt neer op 2,2 miljoen mensen. De meesten kregen te maken met online oplichting en fraude, gevolgd door hacking, bedreiging en intimidatie. Dat blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) onder 32.000 Nederlanders van 15 jaar of ouder.
Ongeveer één op de twintig respondenten (5,6 procent) zegt dat ze afgelopen jaar het slachtoffer is geworden van aankoopfraude. Bij deze vorm van fraude betalen consumenten voor een product, maar krijgen ze deze vervolgens nooit geleverd. Verkoopfraude, waarbij een verkoper een bestelling levert maar geen geld daarvoor ontvangt, kwam slechts in 1,3 procent van de gevallen. Uit de cijfers blijkt dat steeds minder mensen zich laten misleiden door phishing. Tevens zijn er minder mensen het slachtoffer geworden van identiteitsfraude, waaronder WhatsApp-fraude.
Uit demografische gegevens blijkt dat online oplichting en fraude bij alle leeftijdsgroepen voor komt. Kijken we naar hacking of online bedreiging en intimidatie, dat zijn het voornamelijk 15- tot 25-jarigen die daarmee geconfronteerd werden. Dan moet je denken aan cyberpesten, cyberstalking en sextortion. 4,7 procent van de respondenten zegt dat zijn online account of apparaat vorig jaar is gehackt.
Ruim een derde van de slachtoffers (37 procent) zegt in de enquête van het CBS dat hij minder vertrouwen heeft in zijn medemens nadat hij het slachtoffer is geworden van cybercrime. Drie op de tien Nederlanders zegt zich na de oplichting minder veilig te voelen. Ongeveer één op de twaalf ondervraagden geeft aan na afloop last te hebben van slaapproblemen, depressieve klachten en angstgevoelens.
De helft van de slachtoffers van cybercriminaliteit zegt bij familie, vrienden of professionele hulpverlener te melden. Slechts één op de vijf mensen (19 procent) doet daadwerkelijk aangifte bij de politie. Dit ligt zo laag omdat de meeste gedupeerden denken dat de politie niets voor hen kan betekenen, of ze vermoeden dat de politie online oplichting niet belangrijk vindt.
Het onderzoek van het CBS laat zien dat er in 2022 minder cybercrimeslachtoffers waren dan het jaar ervoor. Volgens de Veiligheidsmonitor 2021 waren er in 2021 ruim 2,5 miljoen Nederlanders de dupe van een cybercrimineel. Dit jaar blijft de teller steken op 2,2 miljoen mensen.
Het Openbaar Ministerie concludeerde in haar jaarverslag over 2022 dat het aantal registraties van cybercrime zich heeft gestabiliseerd. In 2020 en 2021 maakten meer Nederlanders melding van cybercriminaliteit. Vorig jaar daalde het aantal verdachten van horizontale fraude, had de politie minder te maken met geldezels en nam het aantal zaken van identiteitsfraude met een kwart af.
Toch is het niet alleen goed nieuws. Als de cijfers van vorig jaar worden vergeleken met de cijfers van de vijf jaren ervoor, dan is er sprake van een forse toename in cybercriminaliteit. Omdat de samenleving in steeds meer en in hoger tempo digitaliseert, vreest het Openbaar Ministerie dat het aantal slachtoffers de komende jaren verder zal toenemen. Daarom wil ze flink investeren in de aanpak van cybercriminelen.