De Centrale Studentenraad (CSR) spant een kort geding aan tegen het College van Bestuur van de Universiteit van Amsterdam (UvA). De CSR is het er niet mee eens dat studenten het gebruik van proctoringsoftware niet kunnen weigeren. De universiteit biedt volgens de raad geen alternatieve mogelijkheden om tentamens af te leggen. Tevens hopen de studentenvertegenwoordigers dat studenten aan andere Nederlandse universiteiten iets aan de uitspraak van de rechtbank hebben. Dat schrijft Folia, een platform voor studenten en medewerkers aan de UvA.
Het coronavirus gooit roet in het eten als het gaat om het draaiende houden van de economie, onze sociale agenda en ons dagelijkse ritme in algemeen. Ook voor studenten heeft de pandemie grote consequenties. Een concreet voorbeeld daarvan is dat studenten niet op een gangbare manier tentamens kunnen afleggen in een collegezaal. In plaats daarvan wordt hen gevraagd om proctoringsoftware op hun computer te installeren.
Proctoring is surveillancesoftware waarmee onderwijsinstellingen nauwlettend in de gaten kunnen houden of studenten niet spieken als ze een tentamen afleggen. Met behulp van de webcam zien surveillanten wat studenten doen op het moment dat het tentamen wordt afgenomen. Stiekem het antwoord opzoeken in het lesboek staren is er niet bij, want met de webcam worden oogbewegingen in de gaten gehouden. Met proctoringsoftware kan tevens het (tweede) scherm van afstand bekeken worden, hebben surveillanten toegang tot je webbrowsergeschiedenis, kunnen ze de microfoon van je computer afluisteren, foto’s en video’s maken met de webcam en worden toetsaanslagen geregistreerd.
De een noemt het digitaal surveilleren, de ander noemt het spionage en inbreuk van de privacy van studenten. Studenten van de Tilburg University trokken aan de bel en spraken via een online petitie hun afschuw uit over de monitoringsoftware. Afgezien van de ernstige mate van privacyinbreuk, vonden ze het niet door de beugel kunnen dat de universiteit geen alternatief bood voor tentaminering. Ingrid van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW), reageerde afgelopen maand fel op de kwestie en zei dat universiteiten en hogescholen de plicht hadden om een alternatief te bieden voor proctoringsoftware. De Autoriteit Persoonsgegevens voert momenteel onderzoek uit naar mogelijke privacyschending door proctoring.
Net als zoveel universiteiten en hogescholen maakt de UvA gebruik van Proctorio om studenten te monitoren tijdens de tentamens. De Centrale Studentenraad is het daar niet mee eens. De CSR wil dat studenten de vrijheid hebben om ‘nee’ te zeggen tegen het gebruik van Proctorio, zonder dat dit tot studievertraging en extra studiekosten leidt.
Het College van Bestuur van de UvA zegt op zijn beurt dat er geen andere manier is om tentamens af te leggen. Volgens het bestuur is er sprake van een ‘gerechtvaardigd belang’ om surveillancesoftware te gebruiken. Dat houdt in dat ze geen toestemming nodig heeft om Proctorio in te zetten.
CSR-voorzitter Pjotr van der Jagt is het niet eens met deze lezing. “Er schuilt een groot belang in het tegengaan van studievertraging, maar of alternatieve toetsvormen onmogelijk zijn, dat is een discussiepunt. Wie of wat definieert dat het echt niet anders kan?”, aldus Van der Jagt.
Het CSR bracht half april een negatief advies uit aan het bestuur van de UvA om Proctorio in te zetten bij tentaminering. Studenten werd geen alternatief geboden zonder dat dit tot studievertraging zou leiden. Daarnaast werden de medezeggenschapsraden nauwelijks betrokken in het besluitvormingsproces. De room scan feature van Proctorio was voor de CSR de druppel die de emmer deed overlopen. Daarmee kan de software kijken welke boeken in de kamers van studenten liggen. “Je huis is jouw plek, jouw safe space. De universiteit heeft daar niet zoveel te zoeken”, zo zei Van der Jagt destijds.
Ondanks de bezwaren van de CSR, besloot de UvA in mei om toch gebruik te maken van Proctorio. Volgens bestuursvoorzitter Geert ten Dam was er geen alternatief. “Als er een goed alternatief was, dan hadden we het wel gevonden”, aldus Ten Dam. Er zijn duidelijk afspraken gemaakt over wie de opgeslagen gegevens mogen worden ingezien en dat de data na maximaal dertig dagen verwijderd moet zijn van de servers.
De Studentenraad ziet nu nog maar één uitweg: een kort geding aanspannen. Op deze manier wil de CSR het gebruik van Proctorio aan banden te leggen en het bestuur van de UvA dwingen een alternatief aan te bieden aan studenten. De rechtszaak dient donderdag 4 juni om 15:30 in de rechtbank in Amsterdam. De raad hoopt dat studenten uit andere studentensteden iets aan het vonnis hebben. “Als we hier achter gesloten deuren uitkomen is dat heel fijn, maar dan hebben alleen UvA-studenten er baat bij”, zo vertelt Van der Jagt.
Hij zegt ergens wel begrip te hebben voor het besluit van het College van Bestuur. “We willen bestuursleden niet afschilderen als boemannen die niets geven om privacy van studenten. In een crisis hebben ze een keuze gemaakt waarvan ze dachten dat die voor de universiteit het beste zou zijn, maar niemand gaat een crisis foutloos door”, zo vertelt Van der Jagt tegenover Folia.